De volgende ochtend werd ik wakker, ik stond op, rekte mij uit en keek om mij heen. Het was nog wat kil in het bos en het was er ook heel erg stil. Naar mijn schelp kijkend overwoog ik wat ik zou gaan doen, de schelp oprapen of hem laten liggen en terug keren? Op het moment dat ik daar over na stond te denken begon mijn arm vreselijk te branden en ik gilde het uit van de pijn. Ik keek waarom mijn arm zo zeer deed en of ik misschien gestoken was door een of ander vreemd insect maar ik zag niks aan mijn arm geen wondje of zo. De pijn nam in alle hevigheid toe en door mijn hoofd schoot maar een gedachten, raap de schelp op, raap de schelp op, laat hem niet alleen achter, raap hem op, hij hoort bij jou, raap hem op en luister ernaar!
Met hevige pijn liep ik naar de schelp en raapte hem op. Op datzelfde moment was de pijn weg. Ik hield de schelp aan mijn oor en de zoete zachte stem zei: dit was een waarschuwing voor jou. Je mag nooit of te nimmer de schelp achterlaten. Doe je dat wel dan zal je altijd pijn hebben, maar draag je hem altijd bij jou dan zal jij gelukkig zijn en nooit pijn lijden!! De stem zei dit boos en fel waar ik van schrok. Wat was er met mijn lieve stem gebeurd? En dat vroeg ik hem ook. De stem fluisterde weer teder en zachtjes in mijn oor: Mijn lief, mijn stem zal altijd teder en lief zijn voor jou als jij precies doet wat ik wil en zeg.
Ineens begreep ik de volle waarheid van alles en ik wist dat ik de gevangene van de schelp was geworden. Hoe zoet en teder of bars zijn stem ook klonk, ik kon geen weerstand meer bieden aan die stem en ik beloofde dat ik hem altijd en overal zou volgen en zou doen wat hij vroeg. Oooh, ik was zo erg verliefd aan het worden op deze stem ook al betekende het dat hij mij af en toe pijn deed. Wel verlangde ik ernaar om diegene te zien waarvan die stem was en ik vroeg aan de schelp of ik de persoon van wie die stem was ook mocht zien. Waarop de stem antwoordde dat ik dat moest verdienen en dat als hij erg tevreden was over mij, hij zich zeker zou laten zien en mij dan ook mee zou nemen naar zijn rijk. Ik luisterde vol vervoering naar zijn belofte en nam mij voor dat ik helemaal ter wille zou zijn van deze stem uit de schelp. Ik hoorde op de achtergrond in de schelp een zachte lach, alsof de stem mijn gedachten had geraden. Al klimmend en vechtend tegen de takken ging ik verder. Dieper en dieper het bos in. Nog steeds vroeg ik mij af waarom ik zo diep het bos in moest en wat het plan van de man in de schelp was. Zo liep ik de hele dag door. Ik kreeg niet de kans om te stoppen zonder dat de stem mij waarschuwde om vooral door te lopen en te zoeken naar die grot. Gedwee en moe liep ik steeds verder terwijl de stem zachtjes en teder tegen mij bleef praten en mij een rijk in mijn gedachten liet zien die zo mooi en vrij was, dat ik steeds sneller begon te lopen in de hoop er snel te zijn.
Totdat ik ineens een verscholen meer tegen kwam….
De stem in de schelp zei dat ik hier mocht uitrusten en wat te eten moest zoeken maar ook dat ik mij kon opfrissen in dit veilige meer.
Vol vervoering keek ik naar deze schoonheid om mij heen. Het meer lag stilletjes verborgen tussen de bomen, erom heen zaten de prachtigste vogels in de bomen te fluiten. Libellen en waterjuffers zaten op de leliebladeren in het water en overal waar je keek vlogen de prachtigste vlinders rond. Het gekwaak van kikkers was net een waar orkest. Zelfs de eenden en zwanen in het meer zagen er heel bijzonder mooi uit. Ik genoot en stil ging ik aan het rand van het meer zitten. De schelp hield ik nog steeds tegen mijn oor en de stem vertelde mij dat ik gerust water uit het meer kon drinken om mijn dorst te lessen daar het puur bronwater was dus erg zuiver. Ik stond op en liep naar een bananenboom die daar stond met zijn grote bladeren. Om de boom heen was een dik pak mos wat uitnodigend aanvoelde dus ik vleide mij erop neer.
Ik plukte een blad en hield hem zo dat het net een beker werd waarin ik het water kon scheppen want nu pas merkte ik wat een vreselijke dorst. Meteen plukte ik wat bananen zodat ik ook wat te eten had.
Daarna liep ik ermee naar het meer. Daar boog ik mij voorover en schepte wat water in het blad en gretig begon ik te drinken. Ik bleef net zolang water pakken tot mijn dorst gelest was. Toen ging ik zitten en begon op mijn gemak de bananen te eten terwijl de stem mij weer de zoetste dromen en voorspellingen deed. Het vertelde dat dit nog maar een voorproefje was van wat er nog komen zou en dat ik absoluut niet bang hoefde te zijn zolang ik maar deed wat hij zei. Ik was voldaan van het eten en drinken en wilde weer verder maar de vermoeidheid sloeg toe. Langzaam liet ik mij onderuit zakken op het bed van dit zachte mos terwijl de stem door bleef praten tegen mij. Het klonk zo teder en verleidelijk en zo heerlijk zacht dat ik mij voelde wegzakken in een diepe gezonde slaap. Dit was waarop de stem gewacht had en hij kroop weer uit de schelp de man trok mijn onderbroekje uit en neukte mij een lange tijd tot hij klaarkwam. Daarna plukte hij een banaan en stopte die in mijn kut. Toen maakte hij een bezwerend gebaar en de banaan begon mij zachtjes te neuken. Het mannetje bekeek alles tevreden, al grinnikend verdween hij in het bos mij slapende achterlatend.
De hele tijd dat ik sliep voelde ik mij geil en gebruikt worden maar ik werd niet wakker wel genoot ik van mijn lustgevoel. Steeds dieper en dieper zakte ik weg in een droomloze slaap.
Ondertussen liep de man verder het bos in.
Waar ging hij heen?
Wat was hij van plan?
Ik wist van dit alles niets en sliep de slaap van de onschuldige. Ik droomde van de stem. Ik droomde van het rijk waar ik gelukkig zou worden. De man liep ondertussen verstolen door het bos en aan zijn houding te zien wist hij waar hij op af ging. Diep in het bos kwam hij bij een donker stuk bos waar hij werd opgewacht door een duister figuur weggedoken in zijn zwarte cape. Zonder een woord tegen elkaar te zeggen liepen zij samen verder. De twee mannen liepen snel door en nog steeds spraken zij geen woord tegen elkaar, zij liepen over boomwortels en langs vennetjes die hier en daar door het bos liepen. Dit alles met grote haast, net of er ergens iemand op hun stond te wachten.
Ineens hield de man met de zwarte cape zijn hand omhoog en bleef stokstijf staan. Zij hoorde een takje kraken en dit was dus een teken dat zij werden gevolgd. De mannen gingen snel achter een dikke boom staan zodat zij konden afwachten wie daar aan zou komen. Een vrouw kwam voorbij de boom en de mannen sprongen op haar af en grepen haar vast. De vrouw leek niet bang te zijn en begon heel hard te lachen. Verbaasd zagen zij dat het de vrouw was waarmee zij een afspraak hadden en lieten haar los. Zij vertelde tegen hen dat het al erg laat was en dat zij al een lange tijd op hun stond te wachten en dat zij het al bijna opgegeven had en weer weg wilde gaan. De twee mannen bogen hun hoofd en vertelde dat het niet zo gemakkelijk was om door dit donkere bos de weg naar de grot te vinden. En weer lachte de vrouw en zei; het ook de bedoeling was dat het moeilijk te vinden was. Samen liepen zij verder op weg naar hun bestemming en niemand sprak een verder nog een woord…
Toen zij zo een tijd hadden gelopen kwamen zij ineens bij een stinkend moeras waarin een vrij groot eilandje lag met daarop een stenen huisje met een schuur er bij. Het water borrelde en de walm die eruit opsteeg verspreide een vreselijke stank. De bomen die om het moeras stonden zagen er oud en dood maar ook griezelig uit en je hoorde nergens een vogel fluiten. Het kwaken van een enkele kikker gaf een luguber geluid. De mannen kregen er een nar gevoel van en wilde weer zo snel mogelijk weg. In een wazige nevel die over het moeras hing lag het bootje wat aan de kant gemeerd lag met daarin een lange stok. Door de nevel was het haast niet te zien. Wat ook de bedoeling was. Door de modder zag je van alles kruipen en springen en de mannen deden een stap terug toen een kikker naar hun toe kwam springen. De vrouw liep lachend naar het bootje toe… maakte het touw los en stapt in. Zij wenkte ongeduldig naar de mannen om ook in te stappen, zij pakte de stok en stak die in de stinkende brij van het water en duwde het bootje af. Toen zij op het eiland waren aangekomen gebood de vrouw dat zij op het strand moesten wachten tot zij terug kwam. De mannen gingen zitten en wachtte af.
Na enige tijd kwam de vrouw terug met in haar hand een flesje wat zij aan de kleine man gaf die met een vragende blik naar haar keek. De vrouw vertelde dat hij elke dag 1 druppel door het eten van het meisje moest doen dan zou zij gewillig blijven en zonder vragen met hem mee gaan. Nadat de vrouw betaald was bracht zij de twee mannen weer in het bootje terug en namen ook de mannen afscheid van elkaar. De kleine man liep weer terug door het bos naar het strand waar ik nog steeds in een diepe slaap lag. Hij verbrak de bezwering over de banaan en haalde die uit mijn kut en gooide hem weg. Daarna maakte hij mij wakker terwijl hij weer snel in de schelp kroop. Uitgerust werd ik wakker en pakte ik de schelp op en luisterde ik weer naar de zoete stem die tegen mij sprak en mij vertelde dat ik naakt het meer in moest gaan. Ik liep het meer in wat behaaglijk aanvoelde en liet mij lui achterover vallen. Langzaam kwam er weer een verlangen over mij en ik vroeg mij af hoe dit kon toen ik ineens iets langs mij lichaam voelde draaien en strelen. Een grote inktvis met dikke lange takels zwom om mij heen en al zijn takels streelden mij, dit ging een lange tijd zo door en ondanks dat ik in het water was zakte ik in een geile roes. Bang was ik nog steeds niet.
Ineens voelde ik dat de tentakels mij licht ondersteunde en er 1 tentakel mijn kutje begon te strelen en de geiligheid van mij nam toe. Gewillig opende ik mijn benen en voelde ik een tentakel bij mij naar binnen gaan en mij heerlijk streelde en penetreerde. Terwijl de inktvis zo bezig was voelde ik andere tentakels in al mijn openingen. Er was nog een grote inktvis bij gekomen die mee deed met al deze strelingen. Kreunend gaf ik mij over, alleen mijn gekreun was te horen zelfs mijn mond was in gebruik genomen.
Zo werd ik dus volledig geneukt en gebruikt en keer op keer kreeg ik een geweldig orgasme. Ik hoefde niet bang te zijn dat ik verdronk daar ik steeds net boven water lag en adem kon halen door mijn neus.
Na zo een tijd gebruikt te zijn door de inktvissen verdwenen zij spoorslags de diepte in mij uitgeput achterlatend. Toen ik mij uit het water sleepte naar het strand had ik een heerlijk gevoel van tevredenheid .
Wel kwam er steeds een diepe verlangen naar meer.
Uitgeput vleide ik mij weer op het mos onder de bananenboom.
Het verlangen bleef ook mijn lichaam smeekte om meer seks en bevrediging. Ondanks al het gebruik van mijn lichaam leek ik steeds meer te willen.
De nacht viel in en het werd aarde donker alleen wat sterren aan de lucht schenen op mij.