29 december.
Voor iedereen, die kleine kinderen heeft, moet dit heel herkenbaar zijn: Want het is maar goed, dat we al heel vroeg zijn gaan slapen, want Emily is al heel vroeg wakker, het is amper half zeven, als ze vol energie onze slaapkamer in stormt en op ons bed springt. Gelukkig was ik al wakker, toen ze de deur van de slaapkamer opende, en kan haar al meteen opvangen, voordat ze al te wild wordt.
‘Ome Jack! Kom je met me spelen?’
Ik lach. ‘Rustig aan, Emily! Het is pas half zeven! Ik moet me nog douchen, scheren en tandenpoetsen. En dan moeten we nog ontbijten, en dan is er pas tijd om te gaan spelen.’
Het meisje kijkt beteuterd. Maar ze begrijpt wel meteen, dat ik niet meteen met haar kan gaan spelen. Ze heeft schijnbaar wel heel goed onthouden, dat ik beloofd had met haar te zullen spelen.
Ik zeg dan: ‘Ga nog maar even in de kamer met je speelgoed spelen. Dan komen wij er zo aan!’
‘Maar ik moet ook plassen, en ik weet niet waar hier de wc is.’
‘Aha, misschien is dat een klusje voor tante
Sally!’
Ik hoor wat gekreun van onder het dekbed. Ik fluister bij Emily in haar oor: ‘Tante Sally kan niet zo goed tegen kietelen. Misschien als je haar in haar zij kietelt, dat ze wel opstaat en met je naar de badkamer gaat!’
Emily giechelt en begint dan Sally te kietelen. Ik hoor en zie Sally dan lachen.
‘Oh, laat dat! Ik sta al op!’
Glimlachend komt ze dan onder haar dekbed vandaan.
‘Goedemorgen, Emily!’
‘Goedemorgen, tante Sal!’
Dan kruipt Sally naar me toe en geeft me dan een zoen.
‘Goedemorgen, ome Jack!’
‘Goedemorgen, tante Sally!’
Emily giechelt als we elkaar kussen. We kijken elkaar dan even aan en na een knipoog van mij, beginnen we allebei Emily te kietelen, waardoor die het uitschatert van het lachen. Dan pakt Sally Emily op en draagt haar naar de badkamer.
Ze roept tegen mij: ‘Ik ga me even wassen, en dan doe ik gelijk Emily even in bad. Maak jij dan alvast het ontbijt klaar?’
‘Dat is goed!’
Ik trek me even vlug een joggingpak aan en ga dan het ontbijt klaarzetten. Maar terwijl ik dat doe, gaat de deurbel. Dat kan niemand anders zijn als
Marijke en dat blijkt ook zo te zijn. Ik laat haar binnen.
‘Ah, weer terug?’
Ze knikt. ‘Ik ben gisteravond laat terug gekomen, maar jullie leken al te slapen. Dus ben ik maar alleen in bed gekropen.’
‘Hoe is het met Gerard?’
‘Hij is nu buiten levensgevaar, maar jullie hadden echt niet veel later moeten komen. Maar hij moet nog wel even in het ziekenhuis blijven. En ik zou vanmiddag graag even terug willen.’
‘Geen probleem, Emily heeft helemaal geen problemen gemaakt.’
‘Oh, daar ben ik blij om! Daar heb ik me wel even zorgen over gemaakt!’
‘Ze is sterker, dan je zou denken. En ook slimmer, dan je zou vermoeden. Ze heeft het over de ruzies met jou en Gerard gehad.’
‘Ja, dat had ik wel kunnen weten. Haar ontgaat niet zo heel veel.’
Ik zeg dan: ‘Je zal nog wel geen boodschappen in huis hebben gehaald. Waarom ontbijt je hier niet even mee? Dan kan Emily je nog even zien, voordat je weer naar het ziekenhuis gaat.’
‘Oh, dat zou ik erg fijn vinden. Waar is ze?’
‘Ze is zich aan het wassen, samen met Sally. En ik heb zo het vermoeden, dat Sally haar in het bad heeft gezet, want ik hoorde de kraan lopen.’
‘O, dat zal ze wel leuk vinden. Ze is een echte waterrat!’
‘Ga maar even kijken, als je wilt. Ik denk niet, dat Sally daar problemen mee heeft.’
Marijke glimlacht. ‘We hebben elkaar vroeger wel meer naakt gezien, hoor!’
‘Ik kom ook uit een gezin van drie, dus ik weet wel hoe dat gaat!’
Marijke glimlacht en ik vertel haar hoe ze in de badkamer kan komen. Daarna ga ik verder met het ontbijt en leg maar een paar broodjes meer in de oven. De keukentafel is echter niet groot genoeg om met vier personen aan te zitten, dus dek ik de tafel in de woonkamer maar. Die is ook wat meer geschikt voor Emily, doordat ze op de stoel kan zitten. In de keuken staan hoge krukken.
Ik hoor dan gelach vanuit de badkamer, dus ik ga ervan uit dat de dames het daar wel naar hun zin hebben. Ik besluit dan nog wat vers sinaasappelsap te persen. En als ik daarmee klaar ben, hoor ik een paar kleine voetjes richting de keuken rennen.
Emily komt op me afgerend, en als ze bij me aankomt, til ik haar hoog op, waardoor ze even gilt en dan lekker kirt van plezier. Ik dirigeer haar dan meteen naar de tafel in de woonkamer en zeg: ‘Zo, kleine dame! Eerst gaan we goed ontbijten! En als je dan braaf alles opgegeten hebt, dan ga ik een spelletje met je doen!’
‘Ja! Mag ik chocomelk?’
‘Dat heb ik niet, Emily. Maar ik heb wel vers geperst sinaasappelsap. En die is heel lekker zoet!’
‘Ik lust geen sinaasappelsap!’
Ik trek een beteuterd gezichtje. ‘Oh, en die heb ik speciaal voor jou gemaakt!’
Ze kijkt even wat moeilijk. Dan zegt ze: ‘Ik wil wel een beetje proberen?’
Ik glimlach. ‘Dat zou ik leuk vinden!’
Ik zie dan Sally en Marijke in de deuropening staan. Die kijken vertedert toe. Ik zeg tegen hun: ‘Ga maar vast zitten! Het ontbijt is al klaar, ik hoef het alleen nog maar even op tafel te zetten!’
Ik zie, dat Marijke zich ook even gedoucht heeft. Ze zegt: ‘Ik heb even gebruik gemaakt van je douche. Sally zei, dat je het niet erg zou vinden?’
‘Dat is al goed. Geen probleem! Drink je je koffie zwart?’
‘Ja, graag! Geen suiker!’
Marijke gaat langs Emily zitten, die het allemaal wel best vindt. Ze krijgt veel aandacht en het vooruitzicht, dat ik met haar ga spelen, dat vindt ze al helemaal leuk! Sally helpt me mee alles op tafel te zetten, en dan kunnen we zelf ook aan tafel zitten. Ik heb voor Emily een plastic beker met een rietje gezet, die toch best goed gevuld is met sinaasappelsap. Ik kijk Emily aan, die dan meteen de beker vastpakt en aan het rietje zuigt.
Het is duidelijk, dat ze er niet zo van houdt, maar ik maak voor mezelf ook vaak verse sap klaar, en daarvoor gebruik ik graag erg zoete perssinaasappelen, die ik bij mijn groenteboer haal. En daarom is haar reactie wel leuk, omdat ze het toch wel lekker lijkt te vinden.
Marijke kijkt verbaasd toe.
‘Hoe krijg je dat nu weer voor elkaar? Thuis probeer ik haar dat ook te laten drinken, maar dat weigert ze absoluut! En jij zet het hier voor haar neer en ze drinkt het gewoon!’
Ik zeg: ‘Dan proef er zelf maar eens even aan, misschien dat je het dan begrijpt.’
Marijke proeft even en zegt: ‘O, maar dit is lekker zoet! En veel lekkerder, dan uit zo’n pak!’
‘Ik maak mezelf ook wel eens vers sap klaar, en daarvoor haal ik altijd een bepaald soort sinaasappelen. Bovendien zitten er ook nog wat mandarijnen tussen, die maken het wat minder zuur. En als je een kind wat gezonds wil laten drinken, zorg dan maar, dat het lekker zoet is. Dan is het geen probleem!’
Marijke lacht. ‘Je weet wel met kinderen om te gaan, Jack! Sally vertelde me net wat over hoe je met je neefje en nichtje om bent gegaan. En nu weer. Kan ik wat les bij je krijgen?’
Ik lach. ‘Ik heb gisteren die techniek aan Sally uitgelegd. Misschien dat die je het wil uitleggen?’
Marijke kijkt Sally verbaasd aan. ‘Iets met zijn innerlijk kind. Je weet wel, mannen!’
Marijke lacht. ‘Ik geloof hem meteen, maar het moet meer zijn, dan dat alleen! Gerard kan ook erg veel van Emily gedaan krijgen, maar ik geloof dat Jack echt alles van haar gedaan krijgt! Dat moet een aangeboren talent zijn!’
Ik bloos lichtjes. ‘Ach, ik ben gewoon dol op kinderen, en dat voelen ze aan. Het maakt niet uit, waar ik kom, het is overal hetzelfde. Ik ben het wel gewoon om ome Jack genoemd te worden.
Over twee weken moet ik weer naar Brazilië, en daar moet ik dan overnachten bij een familie. En ik weet nu al, dat hun kinderen er al naar uit kijken, als ik weer kom. Daar heet ik tio Jack.
En in Zweden, daar huur ik een huisje, dat van een van de families is, waar wij hout van kopen. Dat is vrij noordelijk, ten minste voor ons. Die familie is Sami. En ze wonen voor de Sami nogal zuidelijk. Dat is ongeveer midden Zweden. Een prachtig gebied, vooral in de winter. Zij leven daar van de houtindustrie en hun rendieren. Echt mooi om te zien.’
‘En die kinderen daar in Zweden zullen ook wel dol op je zijn?’
‘Ja, dat is een feestje voor hun. Ook voor mij, maar het is tevens goed voor de handel. Blije kinderen, dat betekent goed gestemde ouders, en daardoor een goede onderhandelingspositie. Het is ook een beetje tactiek.’
‘Slim bekeken. Maar je zou dat nooit bereiken, als je niet graag met kinderen om zou gaan.’
‘Dat is ook zo. Ik doe het graag, en als ik daardoor betere condities eruit kan slepen, dan is dat toch win-win?’
‘En hoe noemen ze je daar? Ook ome Jack?’
‘Nee, daar heet ik diehppeviehtak. Geen idee wat het betekent en waarom ze me zo noemen. Maar ze doen het al zolang als ik er kom.’
Marijke zegt dan: ‘Je komt nog eens ergens! Hoelang doe je dit werk nu?’
‘Nu vijf jaar. En het bevalt me nog steeds prima.’
‘Dat kan ik me voorstellen. Een goede baan en je ziet nog eens wat van de wereld!’
‘Ja, dat maakt het wel leuk. Maar je moet ook wel een en ander aan kennis hebben, anders red je het niet in dat wereldje. Het is op zich maar een hele kleine wereld, maar zo vol valkuilen…’
We eten intussen gewoon door. Emily eet braaf haar bordje leeg en ook haar beker sap drinkt ze netjes leeg, waarna ze vraagt of ze al mag gaan spelen. Marijke staat haar dat toe, en ze rent naar de hoek van de kamer, waar haar speelgoed ligt. Ze heeft al snel geen aandacht meer voor ons, waardoor wij nog even kunnen doorpraten.
Marijke vertelt dan over afgelopen avond. Ze heeft goed overlegd met Frank, de vader van Gerard, en samen hebben ze besloten, dat ze flink op Gerard gaan inpraten zich te laten opnemen in een kliniek. Dat zal geen gemakkelijke klus worden, maar ze zien het als de enige redding voor Gerard.
Ik zeg tegen Marijke: ‘En deins er niet voor terug om wat motivatie te gebruiken. Zeg hem, dat hij het ook voor jou en Emily moet doen. Ik heb gezien, hoe dol hij op Emily is. Dat zou hem net dat zetje kunnen geven.’
‘Dat is een goed idee. Als ik jullie nu niet had, zou ik reddeloos verloren zijn! Dit zal ik nooit vergeten, heel erg bedankt!’
Ze geeft ons een knuffel. Dan loopt ze naar Emily toe, waar ze nog even met haar speelt. Want straks moet ze weer naar het ziekenhuis toe en moet ze Emily weer bij ons achterlaten. Even later komt ze weer aan tafel zitten.
‘Ik heb trouwens pap en mam gebeld, die willen Emily morgen wel overnemen. Ze zijn nu weer thuis.’
‘Ik had anders nog wel vrij, hoor!’
‘Maar je hoeft niet al je vrije tijd voor mij op te offeren, Jack! Ik kan me best voorstellen, dat je nog wat leuke dingen met Sally wilt doen.’
‘Ja, maar dat is geen probleem. Gebruik mijn wagen maar, ik heb hier nog een auto staan. Is wel wat frisjes met dit weer, maar daar kunnen we ons op kleden.’
‘Je bent echt een schat, Jack! En niet alleen hierom hoop ik, dat het echt wat wordt met jou en Sally.’
Dan staat ze op en zegt: ‘Ik moest maar weer eens gaan. Jack, die wagen geeft aan, dat ik nu nog 60 procent heb. Is dat genoeg?’
‘Voor vandaag zeker. Maar voor morgen zou ik hem dan toch even aan de lader zetten. Ik zal je wel wijzen, hoe dat moet. Dat is niet moeilijk.’
Ik sta ook op en loop dan met Marijke mee naar de parkeergarage. Ik wijs, waar ze de stekker in moet stoppen, en hoe ze de lader moet aanzetten. En dan omhelst ze me uit het niets en drukt me een kus op mijn wang.
‘Je bent echt een goede kerel, Jack. En ik ben echt heel blij, dat je de vriend van Sal bent. Een betere vriend kan ze zich niet wensen!’
Even ben ik van slag, want Marijke is duidelijk een zus van Sally. En mijn lichaam reageert daar bijna hetzelfde op. Ik glimlach om mijn emotie te verbergen en loop dan weer terug naar mijn woning.
Sally heeft intussen het ontbijt al opgeruimd, dus ga ik kijken, wat Emily aan het doen is. Ze is bezig met een puzzel, maar zodra ze me ziet, wil ze die aan de kant leggen, om een ander spelletje met me te gaan doen.
Maar streng zeg ik haar, dat ze eerst de puzzel moet afmaken, en dat ik dan dat spelletje met haar zal gaan doen. Ze knikt, en maakt dan netjes haar puzzel af. Daarna speel ik met haar memory, en ik verbaas me, hoe goed haar geheugen is. Emily zal later zeker een slimme meid worden, daar ben ik van overtuigd. Ze wint het op haar eigen kunnen met groot gemak van me, en daar is ze maar wat blij om.
Als ik wat later met Sally op de bank zit, vraag ik haar: ‘Wat zullen we dan morgen eens gaan doen? Ik zou er graag even op uit gaan. Misschien wat wandelen in het bos. Of een stuk rijden met mijn Austin.’
‘Is dat niet wat koud, met die wagen?’
‘Als ik de kap erop doe, gaat het wel. Maar de verwarming werkt niet heel erg goed, dus je moet je wel warm aankleden.’
Ze ziet, dat ik erg graag wil, dat ze een keer mee gaat. Dus ze geeft toe. ‘Wat moet ik dan aantrekken? Gewoon iets warms?’
‘Ja, warme sokken, een dikke broek, een trui en een dikke jas. En een sjaal zou ook niet slecht zijn. Misschien is het weer wel zo goed, dat we met de kap naar beneden kunnen rijden.’
Sally krijgt al rillingen over haar rug, als ze daaraan denkt. ‘Brr, dan neem ik liever ook een muts mee! Je bent gek, om met deze kou zonder kap te rijden!’
‘Dat rijdt echt veel fijner! Maar zou droog worden. Nou ja, we zullen zien. Zullen we dan naar de kust rijden? Of naar de heuvels in Limburg rijden?’
‘Hmm, ik heb wel zin om een stuk vlaai en warme chocomelk in Valkenburg te gaan eten.’
Ik glimlach. ‘Dan gaan we naar Limburg. Dan ga ik zo de wagen even voorbereiden. Kijken of de accu vol is en zo.’
‘Dat is goed. Dan let ik wel op Emily.’
Ik ga dan naar de parkeergarage, waar ik het zeil van mijn wagen aftrek. De wagen ziet er prachtig uit. Dan loop ik naar mijn opbergruimte, die grenst aan de parkeergarage, en haal daar even wat gereedschap uit. Met een kleine compressor zet ik de banden op de juiste spanning, ik controleer de olie, en laat de motor even warm draaien. Alles werkt perfect. Dan zet ik alvast de kap op, al hoop ik op goed weer. Dan rijd ik de wagen naar buiten, waar ik bij het tankstation, een heel stuk verderop in Arnhem, de tank volgooi.
Een jonge gast, die naast me stopt met zijn gepimpte Golf, bekijkt mijn wagen met bewondering.
‘Mooie wagen! Die zie je niet veel meer!’
‘Dank je! Ik heb er lang naar gezocht en hard voor gewerkt!’
‘Daar kunt u trots op zijn! Ik zou willen, dat ik zo’n wagen had!’
‘Tja, dat is weer heel wat anders, dan een Golf!’
‘Ik zou hem zo ruilen!’
‘Dat geloof ik best. Maar geen haar op mijn hoofd, die daar aan denkt!’
De jongeman glimlacht. ‘Maar ik ben wel fan van zulke wagens. Ik heb nu een oude MG-B, waar ik aan het werken ben. Veel roest, maar dat weet je bij die wagen. En dan hoop ik, dat hij net zo mooi wordt, als uw wagen!’
‘Dat hoop ik ook voor je. En dat is ook een hele mooie wagen, zo’n MG-B. Maar ik houd het toch liever bij mijn Austin!’
‘Ik geef u groot gelijk! Uw wagen ziet er echt prachtig uit. Nog helemaal origineel?’
‘Nee, er zijn wat modificaties, maar die zie je gelukkig niet. De wagen heeft stuurbekrachtiging. En er zitten andere carburators op voor wat meer vermogen.’
‘Cool! Zoiets mag van mij wel. Maar ik zal u niet langer ophouden.’
‘Geen probleem. Succes met je MG!’
‘Dank u!’
Ik reken dan binnen af en zeg: ‘Wie had dat nu weer gedacht. Die jongen in die Golf is fan van oude Britse auto’s!’
De pompbediende glimlacht. ‘O, Brian? Die is echt autogek. Maar uw wagen is ook erg mooi. Gaat u een tochtje maken?’
‘Ja, morgen wordt er nog eens mooi weer voorspeld. Een goede gelegenheid om mijn wagen nog eens uit te laten.’
‘U heeft groot gelijk!’
Ik rijd dan weer naar huis met een fijn gevoel, dat er ook nog jonge mensen zijn, die zo’n stukje autogeschiedenis nog steeds kunnen waarderen. Ik parkeer de wagen weer in de garage, en ga dan weer naar huis.
Sally zegt: ‘Je bent nog lang bezig geweest!’
‘Ja, alles even nagelopen, en de wagen nog vlug even getankt. En dat was meteen even een proefritje, maar alles loopt nog lekker soepel.’
‘Je maakt er wel werk van!’
‘Dat moet ook, het is een oude auto, daar moet je goed voor zorgen. En als die in orde is, dan laat die je ook niet snel in de steek.’
Sally glimlacht. ‘Ik heb er nu al zin in.’
Ik loop dan de keuken in, want mijn huis moet ook een keer worden schoongemaakt. Sally ziet dat en biedt meteen aan om me te helpen. Dat neem ik graag aan, en al snel hebben we de taken verdeeld. Ik bekommer me om de keuken en de badkamer, Sally bekommert zich om de woonkamer en de slaapkamer.
Emily hebben we even voor de televisie gezet, die zich daarmee prima vermaakt. Maar zodra we klaar zijn met schoonmaken, zet ik onverbiddelijk de televisie weer uit. Daar is ze het niet mee eens, en dat laat ze ook luidkeels weten.
Sally is dan nog in de slaapkamer, als ze Emily hoort huilen. Ze wil Emily troosten, maar ziet me streng naar het meisje kijken.
‘Wat is er aan de hand, Jack?’
‘Ze was het er niet mee eens, dat ik de televisie uitgezet heb. Ze heeft nu bijna twee uur kunnen kijken, dat is meer dan genoeg! En nu probeert ze me onder druk te zetten, door te huilen. Maar die vlieger gaat niet op!’
Sally loopt dan naar Emily toe, die meteen tegen Sally begint te jammeren, dat de televisie weer aan moet.
‘Nee, ome Jack heeft gezegd, dat je genoeg gekeken hebt. En ik weet, dat je van mama ook niet zo lang televisie mag kijken!’
Emily begint dan nog wat meer te huilen, maar als ze merkt, dat ze daarmee niets bereikt, kijkt ze me boos aan. Maar dat ziet er zo komisch uit, dat ik in de lach schiet.
‘Je hoeft me niet boos aan te kijken, Emily! De televisie is uit, en die blijft ook uit! Al zit je daar een uur te mokken! Daar is je speelgoed. En als je heel braaf bent, dan speel ik misschien nog wel een spelletje met je.’
Ik ga dan gewoon op de bank zitten, en pak me mijn tablet uit de lade van de salontafel. Eerst bekijk ik me het weer voor morgen. ’s Ochtends zou het koud en mistig zijn, maar later zou het zonnig gaan worden, en misschien zelfs wel tien graden. Voor de winter is dat helemaal niet zo slecht, maar toch te koud om met open kap te gaan rondrijden. Sally komt naast me zitten.
‘Wat is er eigenlijk allemaal te doen in Valkenburg?’
Ik speur er naar en weldra heb ik een agenda gevonden. Sally kijkt er geïnteresseerd naar.
‘Dat lijkt me leuk om te zien! En ik heb altijd al eens in die grotten willen lopen!’
Ik kijk een beetje beteuterd, want dan is er niet zo veel tijd meer over om rond te rijden. Opeens krijg ik een leuk idee.
‘Wat zou je ervan vinden, als we daar een nachtje bleven? Want als je die grotten ook nog wilt bezoeken, dan blijft er weinig tijd over voor een tourtochtje. Dan komen we op oudjaar weer terug.’
‘Hmm, dat klinkt wel leuk. Maar je moet ook nog naar je ouders heen?’
‘Ja, en jij ook! Maar daar hoeven we pas ’s middags te zijn. En dan kan Marijke zolang wel mijn Tesla lenen.’
Ze denkt dan even na en zegt: ‘Goed, dan moeten we dat doen. Zoek jij dan een hotelletje?’
Dat is geen enkel probleem, en even later hebben we al een kamer voor 2 personen geboekt, midden in Valkenburg, met een privéparkeerplaats, waar ik mijn wagen veilig neer kan zetten.
Emily heeft intussen gemerkt, dat haar gemok geen effect heeft, en probeert dan op andere manieren aandacht te krijgen. En als we klaar zijn, dan krijgt ze die ook van ons. Maar het is haar wel duidelijk, dat ze van mij niet zomaar haar zin krijgt. En toch ben ik weer meteen, die lieve ome Jack, die spelletjes met haar doet, en is ze alweer vergeten, dat ze niet meer televisie van me kijken mocht.
Net na de middag is Marijke alweer terug. Ze heeft goed nieuws, Gerard heeft zelf ingestemd met een verplichte opname voor een ontwenningskuur en hij wil ook, dat hij met een psychiater zijn psychische problemen gaat oplossen.
Daarvoor had Marijke nog niet eens Gerard te hoeven motiveren, tot die conclusie was Gerard zelf al gekomen. En dat biedt hoop voor de toekomst. Natuurlijk is Marijke daar erg blij mee, evenals Frank, de vader van Gerard. En ik en Sally zijn er niet minder blij om.
Marijke vraagt ons nog, of Emily nog lastig is geweest, waarop Sally antwoordt: ‘Alleen, toen ze even televisie gekeken had, en Jack vond, dat het genoeg geweest was.’
‘Ik weet wat je bedoelt, Sal. Dan is er geen richt met haar te schieten!’
‘Hmm, Jack had haar zo stil. Ze huilde wel, en mokte wel, maar Jack besteedde daar helemaal geen aandacht aan. En daarmee was de kous af. Ze heeft zelfs niet meer om de televisie gevraagd.’
Marijke kijkt me verbaasd aan. ‘Zeg Jack? Kan ik bij jou in de leer? Als ik het zo hoor, ben je een meester om met kinderen om te gaan!’
‘Ik doe niet anders, dan mijn zus en mijn broer bij hun kinderen doen. Je moet alleen standvastig zijn. En ik kan me voorstellen, dat het soms moeilijk is.’
‘Ja, dat is ook soms zo. Dan ben je druk bezig met het huishouden en heb je even geen tijd voor haar. Dan mag ze meestal van me even televisie kijken, maar dan wil ze niet meer ophouden. En ik probeer wel standvastig te zijn, maar dan blijft ze jengelen, tot ze haar zin krijgt!’
‘Er is echt niets mis mee, om haar een standje te geven. Of haar voor straf in bed te leggen. Dan weet ze meteen waar ze aan toe is. Ze zal het misschien nog wel enkele keren proberen, maar als dat steeds leidt tot hetzelfde resultaat, dan zal ze het wel laten. Ik heb goed geluisterd, toen mijn zus met eenzelfde probleem zat. Mijn moeder zei haar dat toen, dat ze ons op die manier terecht heeft gezet.’
‘Kijk, hier leer je nog eens wat. Dat kon wel eens helpen.’
‘Ik weet zeker dat het helpt.’
Marijke zegt dan: ‘En wat gaan jullie morgen doen, nu je niet meer op Emily hoeft te passen?’
Sally glimlacht. ‘Jack wil me meenemen voor een tourtocht in zijn sportwagen, en dan willen we een nacht overnachten in Valkenburg.’
‘Zo, dat is toch erg leuk?’
Sally glimlacht. ‘Ja, ik heb er wel flink zin in. Alleen Jack heeft me gezegd, dat het misschien wat fris kan zijn tijdens het rijden.’
‘Ach wat! Stel je niet zo aan! Het is toch hartstikke leuk om met zo’n oude wagen te rijden! Gewoon wat dikkere kleren aan, en genieten!’
Ik glimlach, maar zeg niets.
‘Dat zei Jack me ook al. Dat zal ik dan maar doen. Eigenlijk ben ik wel nieuwsgierig, hoe zoiets rijdt.’
Ik antwoord: ‘Je kunt het absoluut niet vergelijken met een moderne wagen. Het is stug, laag bij de grond, lawaaierig, maar ontzettend leuk.’
‘Zit er een radio in die wagen?’
Ik lach. ‘Nee, dat heeft ook niet veel zin. Het windgeruis en de motor zorgen voor zoveel lawaai, dat het niet echt zinvol is om een radio te plaatsen.’
‘En is zo’n ding ook snel?’
‘Het ligt eraan, wat je onder snel verstaat. Voor de toenmalige maatstaven was het een hele snelle wagen. De topsnelheid ligt zo rond de 200 km per uur. Maar dat wil je helemaal met zo’n wagen niet rijden! Maar geef zo’n wagen een lekker bochtige weg, dan rij je vrijwel iedere Golf of BMW weg. En qua optrekken kan hij zich nog steeds goed meten met de moderne wagens. En mijn wagen heeft nog wat meer vermogen dan normaal, dat wil best wel lekker weg.’
‘Nou ja, ik zal het wel zien.’
‘Je zal het heus wel leuk vinden, Sally. Ik kijk er in ieder geval al naar uit.’
Marijke zegt daarop: ‘En als Sally niet mee wil, dan wil ik wel met je mee, Jack! Het lijkt me fantastisch om met zo’n oude wagen te mogen meerijden!’
Sally kijkt Marijke aan. ‘Sorry, die plaats is al bezet, Marijke. En ik begin er nu wel zin in te krijgen, maar ik kan me gewoon nog niet helemaal voorstellen, hoe dat is.’
Marijke staat dan op en roept Emily. ‘Emily? Ga je mee? Dan gaan we hiernaast weer wonen. Dat zal nu even ons thuis zijn.’
Ik zeg tegen Marijke: ‘Je gaat voorlopig nog niet terug?’
‘Als jullie het niet erg vinden?’
Sally antwoordt meteen: ‘Nee, helemaal geen probleem! Dan heb ik een geldig excuus om bij Jack te kunnen slapen.’
Marijke glimlacht. ‘De ontwenningskliniek, waar Gerard heen gaat, is hier niet zo ver vandaan, en dat zou dan schelen, dat ik er met het openbaar vervoer heen kan. En voor Frank is het ook wat minder ver, dan naar Den Bosch.’
‘Wanneer gaat hij daar naar toe?’
‘Pas na nieuwjaar. In het ziekenhuis willen ze hem toch nog even houden, omdat zijn bloedwaarden nog niet goed zijn. In de kliniek was wel geen wachttijd, maar ze vonden het daar ook beter, dat Gerard eerst helemaal gezond zou zijn.’
Sally antwoordt: ‘Blijf maar zolang je wilt, Marijke. Mij maakt het niet uit!’
‘Dank je, Sally!’
Dan moet Marijke lachen. ‘Nu noem ik je ook al Sally! Gek, dat dit veel beter blijft hangen…’
Sally glimlacht en omhelst haar zus. ‘Dat vind ik helemaal niet erg. En persoonlijk vind ik Sally ook veel leuker klinken.’
Marijke geeft haar een stevige knuffel, en trekt haar zus dicht tegen zich aan.
Dan laat Marijke Sally los en wenkt Emily om met haar mee te komen. En haar dochter gehoorzaamt netjes, zonder te zeuren. En even later zijn we alleen.
Sally komt naar me toe en zegt: ‘Kun je me even helpen?’
Ik kijk verbaasd. ‘Wat is er?’
Ze glimlacht. ‘Ik heb last van een heel nat slipje, waar ik echt hulp bij nodig heb!’
Ik lach. ‘O, dan moeten we daar snel maar eens naar kijken, Sally! Want dat kan echt heel ernstige gevolgen hebben!’
Ze trekt me mee naar de slaapkamer, waar ze me het bed opduwt. ‘Ik heb weer veel te lang moeten wachten om weer seks met jou te hebben!’
Ze begint mijn blouse los te maken en ook mijn broek.
Ik lach en roep dan: ‘Help! Help! Ik word verkracht door een hele geile brunette!’
Sally lacht. ‘Grapjas! Geef maar toe, dat zou je graag willen!’
Ik grijns. ‘Ik denk, dat er geen enkele man ter wereld zou protesteren, als hij door jou verkracht werd. En dat is dan geen verkrachten meer, maar gewoon geile seks!’
Ze moet hard lachen, terwijl ze mijn broek over mijn enkels trekt. Ik heb al een behoorlijke tent in mijn strakke slip, die ik aan heb. De eikel van mijn pik komt er al bovenuit en mijn onderbroek staat nu behoorlijk gespannen. En mijn pik begint nog meer te zwellen. Ik weet al, wat dat betekent, want het is niet de eerste onderbroek die door dit geweld sneuvelt.
Sally heeft het niet in de gaten, tot ze dan toch echt het stof hoort scheuren. Daar moet ze wel om lachen. ‘Mijn hemel! Je scheurt uit je onderbroek!’
Ik lach. ‘Dat gebeurt wel eens. Die onderbroeken zitten zo heerlijk, maar ze zijn niet bepaald erectieproof!’
‘Dat zie ik!’
Ze frunnikt wat aan het stof en trekt dan mijn onderbroek helemaal kapot. Ze moet hard lachen, terwijl ze dat doet.
‘Oh, dat is leuk! Heb je nog meer van die onderbroeken?’
‘Dat weet je best, want ik heb je wel zien kijken bij mijn ondergoed!’
Ze steekt haar tong naar me uit, en duwt me weer terug op het bed. Dan trekt ze zelf snel haar broek en slipje uit, en in een snelle beweging trekt ze ook haar truitje uit. Ze heeft dan alleen nog haar bh aan, maar ze wil niet wachten, totdat ze die uitgetrokken heeft. Ze wil nu meteen mijn pik in haar voelen, en klimt op me en laat zich vrijwel meteen op mijn pik zakken.
‘Ja! Dit voelt zo goed!’
Ze begint me te berijden als een volleerde amazone, en lijkt volledig op te gaan in haar eigen genot. Ze kreunt en ze kermt dat het een lieve lust is, terwijl ik haar borsten streel en kneed, terwijl die nog steeds mooi verpakt zitten in een blauw kanten bh. Ik voel geen enkele behoefte om die los te maken, sterker nog, het windt me erg op! Maar ik ben ook wel even overdonderd door deze hete bliksem, die me nu aan het neuken is. Dat is me nog nooit eerder overkomen, dat een vrouw geiler is, dan ik ben. Maar dat maakt de ervaring er niet minder om. Bovendien voelt dit zo heerlijk, dat mijn orgasme niet lang meer op zich zal laten wachten.
Maar zover laat Sally het niet komen. Plotseling stopt ze en gaat op haar knieën zitten. Ze heeft geen woorden nodig om haar bedoeling duidelijk te maken en ik ga achter haar zitten en ram mijn pik diep in haar. Door de wisseling is mijn orgasme weer even weggezakt, maar ik ben nu vastbesloten om dat snel weer goed te maken. Hard stoot ik mijn pik in haar, en Sally kermt en gilt van genot. Dan voel ik plots haar kutspieren samentrekken en even later ook haar hele lichaam, ze bereikt haar hoogtepunt met een daverend orgasme.
Ik neuk nog even door, omdat ik er ook bijna ben, en spuit dan met een luide kreun alles wat ik in me heb diep in haar geile spleet. Het geil lekt langs mijn pik naar buiten, in kleine golfjes. Dan trek ik me terug en laat me vermoeid op mijn rug in bed vallen. Sally doet hetzelfde.
‘Oh, hier was ik heel erg aan toe, Jack!’
‘Dat kon ik merken, Sally! Weet je, dat je zelf ook best een beest in bed bent?’
Ze lacht. ‘Zou je me geloven, dat ik dat nog nooit zo ben geweest? Wauw, dit is heftig!’
Ik kijk haar aan. ‘Ben je echt nog nooit zo geil geweest?’
‘Nee, echt nooit! Misschien dat ik anders wel was klaargekomen met neuken! Maar met die heerlijke pik van jou word je zowat een nymfomane!’
Ik lach. ‘Dat heb ik weer! Eindelijk een vrouw gevonden, die in alles bij me past, dan wordt ze opeens nymfomane!’
‘Alsof jij dat erg vindt, Jack! Dat vind je maar al te prima!’
Ze geeft me een zoen. Dan zegt ze: ‘Je kunt toch nog wel een paar keer?’
Ik ben dan al weer wat op adem en kruip op haar. ‘O ja! Je gaat weer heerlijk spierpijn krijgen!’
Sally bijt op haar onderlip. ‘Beloof je dat?’
Ik knik en houd me aan mijn woord. Ik weet niet, wat ze met me doet, maar Sally lijkt het beste in me omhoog te halen. Maar na een avond vol dampende seks vallen we toch vermoeid in slaap.
30 december.
Ik ben voor de verandering eens vroeg wakker. Sally slaapt nog, en ik glip voorzichtig het bed uit. Ik douch me meteen, en leg meteen mijn kleren voor de overnachting klaar. Al geheel gekleed begeef ik me dan naar de keuken, waar ik het ontbijt al klaar zet.
Ook nu weer afbakbroodjes uit de oven, en de geur van verse koffie, die het huis met een heerlijke geur vullen. En daar wordt Sally wakker van. Ze rekt zich uit, en voelt zich heerlijk. De herinneringen aan afgelopen nacht zitten nog steeds vers in haar hoofd. En ook haar lichaam voelt nog de sporen van stevige vrijpartij.
Haar spieren voelen wel wat stijf, maar doen niet echt pijn. En tussen haar benen voelt het nog wel wat beurs, maar dat trekt wel bij. In de douche laat ze het warme water over haar lichaam stromen en hun helende werk doen. In de inloopkast ziet ze de koffer liggen, die ik met mijn kleren heb neergezet, en ze voegt haar kleren er aan toe. En ook haar toiletspullen. Maar ze heeft honger, en trekt daarom enkel haar badjas aan. Of liever gezegd, ze heeft een van mijn badjassen aangetrokken. En zo komt ze de keuken binnen.
Ze geeft me een zoen en zegt: ‘Goedemorgen, lekker ding!’
Ik lach. ‘Goedemorgen, nymfo van me!’
Ze lacht. We willen net beginnen met eten, als de deurbel weer gaat. Ik zucht en loop naar de voordeur. Het is Marijke.
‘O, sorry, dat ik jullie lastig val, maar heeft Emily haar knuffels hier laten liggen? Ik heb haar gisteren met moeite in slaap gekregen.’
‘Sorry, dat zou best kunnen. Lag dat aan de knuffels, of aan het lawaai?’
Marijke lacht. ‘Gelukkig is haar slaapkamer aan de andere kant. Maar hallo zeg! Jij moet toch wel een behoorlijk uithoudingsvermogen hebben! Ik kan me niet herinneren, dat ik ooit met Gerard zo lang gevreeën heb! Nu snap ik wel, waarom Sally zo verliefd op je is!’
‘Ik mag toch hopen, dat er meer is, waarom Sally zo verliefd op me is, Marijke. Maar kom even binnen. We zijn aan het ontbijten.’
Marijke glimlacht en loopt langs me heen. Ze begroet haar zus.
‘Hoi, zus! Al weer wat bekomen van afgelopen nacht?’
Sally lacht. ‘Zo goed als! We hebben jullie toch hopelijk niet wakker gehouden?’
‘Wakker niet, maar ik kan niet zeggen, dat ik het er zelf niet heet van kreeg! Hoelang zijn jullie wel niet bezig geweest? Drie, vier uur?’
Sally grijnst. ‘Geen idee, maar het was gewoon fantastisch! Ik heb echt zoiets nog nooit eerder meegemaakt, maar ik kan je wel zeggen, dat het enorm verslavend is! Jack ziet er niet alleen goed uit, maar hij heeft ook nog eens uitstekend gereedschap en weet het ook nog te gebruiken!’
‘Ik begin jaloers op je te worden, Sally! Ik geloof, als Gerard klaar is met alles, dat hij ook nog wel eens een fitness cursus mag volgen om zijn uithoudingsvermogen wat op te krikken…’
Sally lacht. Marijke gaat dan op zoek naar de knuffel van Emily en vindt die gelukkig snel. Intussen hebben wij ons ontbijt al achter de kiezen en is Sally zich aan het aankleden voor onze tocht. Marijke bedankt zich nog even bij mij, dat we hun zo gastvrij ontvangen.
Dan zegt ze: ‘En ik ben echt oprecht blij, dat het zo goed gaat tussen jullie twee, Jack. Sally verdient dat. En jij bent gewoon een goede kerel!’
‘Dank je. En ik hoop voor jullie, dat het met Gerard snel weer beter zal gaan.’
Marijke knikt en zucht eens. ‘Het zal nog een lange weg zijn, die we moeten bewandelen. Maar ja, dat hoort er ook bij. Je bent er voor elkaar in voor en tegenspoed. En veel mensen denken daar wel eens te licht over na. Als je ziet, waarom er zo veel scheidingen zijn, dan vraag je je af, waarom mensen soms nog trouwen. Wat is dan nog de waarde van een huwelijk?’
‘Wil je daarom Gerard nog niet zo snel opgeven?’
‘Dat heeft er ook mee te maken, Jack. Maar ik houd zo waanzinnig veel van hem, dat ik echt alles zou doen om het te doen laten lukken. Maar ook dat heeft een grens, en die had hij bijna overschreden.’
‘Je bedoelt dat Gerard Emily wat gedaan zou hebben?’
‘Als ik er niet op tijd had ingegrepen, dan zou het gebeurd zijn, Jack. Niemand, maar dan ook werkelijk niemand, doet Emily iets aan, zonder een goede reden. Zelfs ik niet.
Je zal het nog wel ooit merken, als je zelf kinderen krijgt, Jack. Dan draait alles niet meer om jou, maar om je kinderen. En dat is soms best moeilijk. Je zou zelfs het laatste stukje brood en water aan je kind afstaan, als dat zou betekenen, dat zij kunnen verder leven. Terwijl het misschien wel jouw dood zou kunnen betekenen.
Dus kinderen vergen opofferingen. Maar je krijgt er wel veel voor terug. Er is niets wat meer voldoening geeft, als de glimlach en de onvoorwaardelijke liefde van een kind.’
‘Ik weet wel ongeveer, wat je bedoelt, Marijke. Ik zie dat ook bij mijn broer en mijn zus. Ik zie, welke opofferingen ze doen, maar ook wat ze ervoor terug krijgen. Ik hoop ook ooit eens in hun schoenen te mogen staan. Ik ben nu 28, en het is tijd om me te settelen. En ik hoop, dat Sally de juiste keuze voor me is.’
‘Dat hoop ik voor je.’
Ze geeft me een kus op mijn wang en neemt dan afscheid om vervolgens door de voordeur te verdwijnen. Een paar tellen later komt Sally de woonkamer binnen.’
‘Is Marijke alweer weg?’
‘Ja, ze had de knuffel gevonden, die lag op het logeerbed.’
Dan bekijk ik Sally. Ze heeft zich een lange beige rok, die tot over haar knieën reikt, aangetrokken, met daaronder een paar zwarte maillots. En daarboven heeft ze een leuke en warme witte coltrui aangetrokken. Het staat haar erg goed.
‘Wauw, dat ziet er mooi en lekker warm uit!’
‘Ik hoop, dat het warm genoeg is.’
‘Anders heb ik nog altijd een fleecedeken in de wagen liggen, om je benen warm te houden.’
‘Oh, dat is goed om te weten. En ik was me aan het denken om daar mijn lange leren jas bij aan te trekken en mijn hoge laarzen.’
‘Dat moet je zeker doen. Zal ik dan de koffer maar alvast in de auto zetten?’
Sally lacht. ‘Je bedoelt koffers. Ik heb wel geprobeerd om de kleding in die koffer van jou erbij te doen, maar dat paste allemaal niet. Maar gelukkig had ik zelf ook nog een kleine koffer, en nu past dat wel.’
‘Ook goed. Dan leg ik die vast in de auto, en laat ik de motor vast iets warm draaien en zet ik de verwarming ook vast aan. Het zal al wat schelen, als we met dit frisse weer gaan rijden!’
Een tien minuten later komt Sally de parkeergarage in gelopen. Ze ziet dan mijn wagen al zachtjes ronken.
‘O, dat is nog een mooi en leuk wagentje! Ik had hem veel groter verwacht!’
Ik glimlach. ‘Dat denkt iedereen. Maar de wagen is maar net 4 meter lang!’
Ik doe de deur voor haar open en help haar met instappen. Dat is zeker voor de eerste keer nogal wennen, omdat de wagen nogal laag is, en de stoel is dat ook. Dan neem ik plaats achter het stuur en druk op de afstandsbediening van de rolpoort van de parkeergarage. Langzaam rijd ik met mijn wagen de garage uit, en sluit de garage weer achter me.
Dan geef ik rustig gas en rijd met de Austin door de straten van Arnhem. De wagen heeft toch een tijdje stil gestaan, en ik wil eerst dat alles goed warm is. En als we eenmaal de snelweg op zijn, geef ik wat meer gas, maar ik houd me keurig aan de gestelde limieten. Bovendien is de wagen niet gemaakt om er heel hoge snelheden mee te rijden.
Sally geniet wel van de rit. Dat is voor haar ook spannend, en bovendien moet ze nog best wel even wennen aan de nogal stugge vering, die de wagen heeft. En de stoel biedt nou ook weer zoveel comfort weer niet, hoewel ik die wel opnieuw heb laten oplappen.
We blijven op de snelweg, tot we in de buurt van midden-Limburg komen. Daar rijd ik van de snelweg af en rijden we op de binnenwegen richting het zuiden van Limburg. Daar is waar de wagen het beste tot recht komt.
Sally moet af en toe best wel een flinke schok verdragen, als de weg eens wat meer oneven is, maar ik zie aan haar ogen, dat ze het wel leuk vindt. Maar als we een dorpje inrijden, waar ik een café zie, dan stop ik even.
‘Zin in een kopje koffie?’
‘Ja, graag!’
Ik parkeer de wagen voor het café en help Sally dan met uitstappen. Dat is ook wel iets, dat je moet leren in deze wagen. Het café heeft een verwarmd terras, maar als ik naar binnen wil lopen, zegt Sally: ‘Waarom gaan we niet hier buiten zitten?’
Ik haal mijn schouder op en ga dan onder zo’n lekkere warme terrasverwarming zitten. Sally komt naast me zitten.
De barman komt al snel om de bestelling op te nemen.
‘Wilt u de kaart hebben, of wilt u slechts wat te drinken?’
‘We hadden graag 2 koffie. Sally, iets lekkers erbij?’
Ze schudt haar hoofd. ‘Nog te vroeg, Jack.’
De man glimlacht en beent zich weer weg.
Ik vraag dan: ‘En, hoe bevalt het tot nu toe?’
‘Het is best leuk! De vering is wel heel erg stug, maar dat zal er wel bij horen. Maar ik vind het wel leuk van alle reacties, die je onderweg krijgt. Hoeveel mensen ik niet heb gezien, die een duim opsteken!’
‘Ja, dat is inderdaad erg leuk. En verder?’
‘Het is alsof je veel meer ziet! En het is wel leuk om door die bochten te rijden. Dat geeft een soort kick! Dit is echt heel anders, dan met een gewone wagen rijden! En hij trekt nogal hard op! Dat had ik echt niet verwacht!’
‘Tja, het is nog wel steeds een sportwagentje. En inderdaad, op de binnenwegen is het echt heel erg leuk om te rijden. En heb je het ook niet te koud?’
‘Nee, dat gaat wel. Ik vind, dat die verwarming het goed genoeg doet! Ik heb geen koude voeten en ook geen koude benen. Bovendien lijkt het ook niet zo heel erg koud.’
‘Nu de mist begint op te trekken, lijkt het wel mee te vallen, Sally. Maar dat was wel anders geweest, als de mist gebleven was. Dus je ziet het wel zitten om nog een stukje te rijden?’
‘Ja, het is echt leuk! Ik wist eerst niet, wat ik me erbij moest voorstellen, maar het bevalt me prima!’
De barman komt dan de koffie brengen, die we dankbaar aannemen.
Sally zegt dan: ‘Ik kan me nu wel voorstellen, wat je gisteren zo allemaal over je wagen zei. En met open dak zal het nog wel leuker zijn. Maar daarvoor is het toch nog te koud, of niet?’
Ik knik. Voor mijn part had ik ook zonder dak gereden, maar ik wil Sally nog niet te zeer pushen.
‘Mij maakt het niet uit, maar het is inderdaad nog wat iets fris daarvoor. Maar het zal straks nog wel mooier worden. Dan komen we in de heuvels van het zuiden, en daar heb je af en toe mooie uitzichten. Dat is pas echt genieten!’
Als we de koffie uit hebben, reken ik snel af en stappen we weer in de auto. Sally lukt het nu al zelf alleen, en snel zijn we weer onderweg. De wegen worden bochtiger en er zijn meer heuvels. Een landschap, waar we ons prima in thuis voelen met de Austin.
En ik merk al snel, dat Sally wat fanatieker begint te worden, als ze merkt, dat een auto ons probeert te achtervolgen. Ze roept dan: ‘Harder, Jack! Laat eens zien, wat die wagen kan!’
Ik lach en geef de wagen wat meer gas. Ik heb steeds nog wat rustig gereden, en geef de wagen dan pas echt de sporen. Het Golfje, dat achter me zat, is in enkele bochten al een heel stuk achter me, terwijl die me zojuist nog zat te bumperkleven. Sally heeft er veel schik in, ze kirt van plezier, en dat doet me deugd. Als we even later voor een stoplicht wachten, stopt de Golf naast ons en de bestuurder doet zijn raam naar beneden.
Ik doe hetzelfde en de bestuurder van de Golf roept: ‘Mooi ding, man! Ik had niet verwacht, dat die zo snel zou zijn! Respect!’
Ik glimlach. ‘Ook al is het een oude wagen, dat wil niet zeggen, dat die niet snel kunnen zijn! De Engelsen wisten heus wel, wat ze deden!’
De man glimlacht, en dan springt het stoplicht op groen en daar scheiden onze wegen. Ik rijd nu weer rustig over de wegen en door de dorpjes, tot we in Valkenburg aankomen.
Daar is het behoorlijk druk, en ik moet al mijn aandacht erbij houden om de lukraak overstekende voetgangers en fietsers niet te raken. Het is drukker, dan ik verwacht had, maar het lukt me om ongeschonden en zonder problemen door het verkeer te raken. Ik kan dan mijn wagen parkeren op het privéterrein van het hotel, waar we de kamer hebben geboekt.
Als we onze kamer betrekken en de koffers neerzetten, ploffen we even neer op het bed. Het rijden is zo’n wagen is wel leuk, maar ook vermoeiend. En dan scheelt het nog enorm, dat ik stuurbekrachtiging en rembekrachtiging op de wagen heb zitten. Na een half uurtje liggen, is echter de ergste vermoeidheid wel voorbij, en staan we weer op. We willen immers ook iets zien van Valkenburg.
In een van de grotten blijkt een braderie met rommelmarkt te zijn. We lopen langs de kraampjes, en bij een van de kraampjes vind ik iets, waar ik eigenlijk al heel erg lang naar op zoek ben. Een originele antieke leren bril voor het rijden in zo’n sportwagen, als ik heb. Het ziet er best komisch uit, als ik hem even opzet, maar het zit verrassend comfortabel. De verkoper glimlacht.
‘Staat u goed, mijnheer! En ik heb er eventueel voor mevrouw ook nog een, maar die is wel nieuw!’
Ik kijk verbaasd. ‘Eerst eens over de prijs van deze praten. Wat vraagt u ervoor?’
‘Honderd euro. Maar ik weet het goed gemaakt. Als u de bril voor mevrouw erbij neemt, kunt u ze beiden kopen voor honderdvijftig bij elkaar. Normaal zou die nieuwe bril vijfenzeventig kosten.’
‘Nee, dat is me te duur. Honderddertig, anders laat ik het liggen!’
De man kijkt moeilijk. Maar het hoort allemaal bij het spelletje, dat afpingelen heet.
‘Sorry, dat is echt te weinig!’
‘Te weinig? Dan verschillen we toch van mening! Over die antieke bril, die waarde klopt wel ongeveer, misschien net iets aan de hoge kant. Maar die nieuwe bril, daar maak je toch al flinke winst op. Die zal je net iets van vijfentwintig of dertig inkoop hebben gekost. En die antieke bril zal je inkoop iets van vijfenzeventig gekost hebben, dus als ik honderddertig bied, dan verdien je er nog goed aan.’
De man kijkt me verbaasd aan. ‘U lijkt me nogal goed op de hoogte! Nou goed dan! Honderddertig euro! Bent u uit het vak?’
‘Niet met dit spul, maar ik ben wel inkoper.’
‘Ah, dat verklaart het wel. Mag ik vragen, met welke wagen u rijdt? Want het lijkt me niet, dat u dit zou kopen, als geen wagen daarvoor had.’
Ik glimlach. ‘Ik heb een oude Austin uit 67.’
‘Mooi man! Ik mag dat wel, dat een jongeman, als u bent, nog met zo’n wagen rondrijdt. Tegenwoordig rijdt iedereen maar rond in een leasewagen en daar pronken ze dan mee.’
Ik lach. ‘Een leasewagen heb ik ook wel, maar om daar nu mee te pronken? Dat doe ik liever met mijn Austin! Maar ik zie, dat u ook bijpassende handschoenen heeft?’
We passen dan ook nog wat handschoenen, en dan reken ik met de man af. Als we verder lopen, met onze aankopen in een tasje, zegt Sally: ‘Je wist wel flink wat van de prijs af te krijgen! Doe je dat vaker?’
‘Niet altijd. Kijk, als ik zie, dat de prijs oké is, dan ding ik niet verder af. Maar hij was gewoon te duur, en dat wist hij ook. Maar hij kan het natuurlijk altijd proberen!’
‘En ga je nu ook met open kap rijden?’
Ik lach. ‘Als je dat zou willen, dan wel. Maar anders komt het altijd nog wel van pas in het voorjaar. Die dingen zijn nooit weg. Maar ik wil die oude bril nog wel even laten reinigen en weer helemaal soepel maken. Die ziet er nog best goed uit voor zijn leeftijd, maar of die ooit goed gereinigd is, dat zal ik nooit te weten komen.’
‘En waarom wil je per sé zulke brillen?’
‘Dat zal je nog wel merken. De raam van de Austin is niet zo heel erg hoog en als je ergens rijd, waar het stoffig is, of steentje liggen, dan is het wel zo prettig, als dan je voorhoofd wat meer beschermd is.’
‘Ah, dat wist ik niet. Maar die handschoenen, die zijn wel fijn! Dat was het enige, wat koud was onderweg!’
Wat verder in de grot komen we nog een leuk kraampje tegen, met allerlei leuke spullen. Ze vindt een klein beeldje, het is amper tien centimeter hoog. Ze vraagt naar de prijs, en de verkoper vraagt er maar heel weinig voor.
Sally zegt dan: ‘Ik weet zeker, dat mam dit leuk zou vinden. En binnenkort is ze jarig, dus dit zou wel een leuk cadeau voor haar zijn. Kun jij proberen om iets van de prijs af te krijgen?’
‘Ik wil wel over de prijs praten, maar niet om er iets af te krijgen. We betalen voor wat het waard is, Sally.’
Ik praat dan met de verkoper. Hij vertelt dan, dat hij dit een hele tijd geleden op een rommelmarkt in Frankrijk heeft gekocht, en het nu staat te verstoffen op zolder. En zoals ik het beeldje bekijk, lijkt dat ook wel te kloppen. Ik zeg dan tegen de man: ‘En u vraagt maar vijftien euro? Het is veel meer waard, dan dat.’
‘Dat weet ik wel, maar als ik er vijftig voor vraag dan wil niemand het.’
‘Ik wel. Hier heeft u vijftig euro. En dan heb ik het nog goedkoop!’
De man kijkt verbaasd, maar ook Sally kijkt me verbaasd aan. Maar ik reken wel af en de man pakt maar snel het beeldje in, voordat ik me zou bedenken. Als we verder lopen, zegt Sally: ‘En waarom deed je dat nu weer? Die had je ook voor vijftien euro kunnen kopen!’
‘Dat had gekund, Sally. Maar dat zou ook weer niet eerlijk zijn geweest. Ik schat, dat dit beeldje een veelvoud waard is. Ik heb het zojuist bekeken, en omdat ik intussen ook wel een en ander af weet van kunst, schat ik dat het minstens honderdvijftig waard is. Natuurlijk kan ik het mis hebben, maar dat is dan mijn risico. En dan is het wel zo eerlijk, als je de verkoper iets van jouw voordeel geeft. Hij had er een goed verhaal bij, en zoals het beeldje eruit ziet, dan lijkt dat ook te kloppen.
Het is dus niet gestolen, want dan zou zijn verhaal niet zo goed zijn.’
‘O, als je het zo bekijkt, dan begrijp ik het. En nu heeft die man zeker een goede markt gehad.’
‘Hij zal het misschien al meerdere keren hebben meegesleept, en raakte het aan de straatstenen niet kwijt. En nu heeft hij misschien teruggekregen, wat hij ervoor betaald heeft. Kijk, je moet iedereen wat gunnen. Maar het is wel zaak om eerlijk te blijven.’
Sally geeft me een zoen op mijn wang. ‘Wat ben je soms ook lief!’
Weer een paar kraampjes verderop koopt Sally zich een mooie sjaal, die ze ook kan gebruiken als hoofddoek. Glimlachend zegt ze: ‘Dan raken mijn haren niet zo in de war, als we met je wagen en open dak rijden!’
Ik glimlach. En sla mijn arm om haar heen. We lopen nog wat verder, en dan zie ik iets staan, waar mijn moeder absoluut verrukt van is. Ze verzamelt allemaal beeldjes van kaboutertjes. Ze heeft er al heel wat, het hele huis staat vol en de meest mooie heeft ze in een vitrinekastje staan. Ik vraag de verkoopster er naar.
‘Wat moeten die kaboutertjes kosten?’
In het onvervalst Valkenburgs antwoordt ze: ‘Dor vrôch ich twintig euros vûr, meneer!’
Ik glimlach. ‘Kun je me er iets meer over vertellen? En liefst gewoon in het Nederlands, want zo goed versta ik geen Limburgs.’
De vrouw glimlacht. ‘Ze zijn al wat oud. Mijn oma verzamelde die, en ik heb ze van haar gekregen. Maar ze staat nu ergens verloren op de kast en dat is toch zonde van die mooie beeldjes. Dus wil ik er iemand blij mee maken, die ze kan waarderen!’
‘Ik wil ze niet voor mezelf kopen, maar voor mijn moeder. Die verzamelt al jaren kabouters, het hele huis staat er vol mee. En dit zijn wel mooie exemplaren. Dus die zal ze zeker wel waarderen!’
Ik haal mijn portefeuille tevoorschijn en betaal voor de kaboutertjes, die de vrouw zorgvuldig voor me inpakt. Ik bedank de vrouw, die me dan nog een goede dag toewenst, en me meegeeft, dat ik ze maar snel aan mijn moeder moet geven.
En dan keren we met onze aankopen terug naar het hotel. Sally zegt dan: ‘Gaan we nu ergens eten?’
Op loopafstand vinden we een restaurantje, waar we onze lunch genieten. En ik geniet ieder moment met Sally. Ze is niet alleen mooi, maar ze is ook een aangename gesprekspartner. We praten over allerhande zaken. We moeten nog zo veel over elkaar leren…
Na de lunch lopen we nog wat langs winkels, waar ik me nog een mooie coltrui koop, die lekker warm zal zijn in de lentedagen, als we weer gaan rijden met de Austin. Op een terrasje hebben we een leuk gesprek met een oudere man, die ons heeft zien rijden met onze wagen. Hij blijkt ook een liefhebber te zijn van zulke wagens, en heeft zelf een oude Triumph Spitfire, waar hij met enthousiasme over praat. Ik vertel hem dan over de mijne.
Sally praat wat met de vrouw, en dat klikt bijzonder goed.
De man vraagt me dan: ‘Maar één ding vraag ik me wel af. Hoe komt een jongeman als jij al aan zo’n kostbare wagen? Ik bedoel, zoiets kost toch minimaal tussen de vijftig en tachtigduizend euro!’
‘Een kwestie van sparen, wat geluk met een loterij en geluk bij een veiling, waar ik me de wagen gekocht heb. Het heeft me meer gekost om de wagen naar hier te krijgen, dan ik voor de wagen moest betalen. En toen moest ik de wagen nog opknappen, want die had schade.
En daarbij heb ik me de gelegenheid genomen om de motor ook gelijk aan te pakken. Die had ook wel wat geleden, en is nu weer gereviseerd en heeft wat meer vermogen.’
‘Als ik het geld ervoor had, dan verkocht ik mijn Triumph en kocht me ook zo’n Healey! Dat geluid van die motor! Zo mooi!’
‘En zeker zoals ik hem heb. Met drie dubbele webers en aangepaste uitlaat! Dat wil niet alleen goed vooruit, maar het rijdt gek genoeg ook nog iets zuiniger. Niet dat het wat uitmaakt, je hebt zo’n wagen niet om er zuinig mee te rijden. Maar het heeft wel een flink verschil uitgemaakt, hoe de wagen nu rijdt. Het rijdt gewoon veel prettiger, de motor pakt in elk toerental goed op, zelfs in de overdrive. Maar daarvoor heeft de motor dan ook zo’n 25pk meer.’
‘Netjes! Dat heb ik bij mijn wagen ook gedaan. Een Weber carburator en een betere uitlaat. Dat rijdt inderdaad een heel stuk beter! Maar ik heb mijn wagen nog in de stalling staan, maar nu ik jou met je wagen zag rijden, heb ik er spijt van, die vandaag te hebben laten staan. Het had best gekund om er een stuk mee te rijden!’
‘Ja, met de kap dicht gaat het best goed. Maar Sally had nog nooit eerder in de Healey gereden, we zijn nog niet zo lang bij elkaar. En het zou vandaag zo’n mooi weer worden!’
‘En gelijk heb je. Maar jullie zijn nog niet zo lang bij elkaar? Jullie zijn een leuk stel samen.’
‘Dank u. U en uw vrouw passen ook goed bij elkaar.’
De man glimlacht. ‘
Diana is mijn tweede vrouw, eigenlijk de beste vriendin van mijn eerste vrouw, die helaas veel te jong is overleden. En de wens van
Lien, zo heette mijn eerste vrouw, was dat ik met Diana zou trouwen, nadat ze zou sterven. Dat heeft nog wel even geduurd, maar Lien heeft het goed gezien. Diana en ik passen goed bij elkaar.’
‘Mag ik vragen, hoelang jullie samen zijn?’
‘Nu toch alweer vijftien jaar, op de kop af. Daarom zijn we nu ook hier. Hier hebben we voor het eerst met elkaar gekust. En toen duurde het niet meer lang, voordat we getrouwd waren.’
‘Dat is mooi! Dat u en uw vrouw zo dit viert.’
De man glimlacht. ‘En hoelang zijn jullie dan nu samen?’
‘Echt nog maar heel kort. Acht dagen. Sally is eigenlijk mijn buurvrouw, maar intussen woont ze al zo goed als bij mij.’
De man lacht. ‘Dat is inderdaad nog heel erg kort. Dat had ik, eerlijk gezegd, niet verwacht!’
‘Ook al is het nog maar acht dagen, het gaat verder wel heel snel. We hebben elkaars familie al ontmoet, alleen moet Sally nog mijn ouders en mijn zus ontmoeten, maar dat gebeurt morgen ook al. Maar ik kan begrijpen, dat het voor anderen lijkt, alsof we al langer samen zijn. Zo voelt het namelijk ook voor ons.’
‘Dus meteen samen voor de kerstdagen en nieuwjaar? Dan is het wel gemakkelijk te onthouden, wanneer jullie samen zijn gekomen!’
Ik lach. ‘Dat is inderdaad zo. En dat allemaal door een buikgriep van mijn vader. Maar het zijn wel een behoorlijk bewogen acht dagen geweest. Dat vergeet je zo snel niet meer. Maar alles gaat nu goed, en nu is het vooral aftasten naar elkaars voorkeuren en eigenschappen. En dan is zo’n tochtje wel een goed idee.’
De man knikt. ‘Dat ben ik helemaal met je eens. Zo zijn we ook dichter naar elkaar gegroeid. We hadden vijftien jaar geleden wel eens samen wat dingen ondernomen, maar meer dan dat is het niet geworden. Tot ik Diana met mijn Triumph heb meegenomen. Dat brengt je dicht bij elkaar en je beleeft alles veel intensiever.’
Sally is intussen ook al goed in gesprek met Diana. Sally fluistert me in mijn oor: ‘Wist je, dat deze twee mensen vandaag vijftien jaar samen zijn?’
Ik glimlach en zeg tegen haar: ‘Dat heeft Harald me net verteld. Leuk toch?’
‘O, ik dacht, dat jullie het alleen maar over jullie wagens hebben gehad!’
Ik lach. ‘Dat we over auto’s praten, wil niet zeggen, dat we niet over andere dingen praten! Zo’n auto geeft een gemeenschappelijke band. Je weet van elkaar allebei, wat het inhoudt om met zo’n wagen te rijden. Maar een auto is ook alleen maar een auto, maar dan kom je uiteindelijk toch snel op andere dingen, die belangrijk zijn in het leven.
Dat is wat het rijden in zulke wagens zo mooi maakt. Overal waar je komt, krijg je meestal leuke gesprekken. En nu dus ook!’
‘Ja, dat merk ik! Dat is best wel leuk! Moeten we vaker doen, Jack!’
Diana zegt dan: ‘Zou ik zeker doen! De eerste keer met Harald was best spannend, zeker omdat het toen echt geen goed weer was. Maar we hadden het al een hele tijd van tevoren gepland, en sindsdien zijn we ook samen.
En ik vind het nog steeds erg leuk om mee te rijden. Niet om er zelf in te rijden, heb ik wel eens geprobeerd, maar dat laat ik liever aan Harald over. Ik geniet liever van alle reacties langs de weg en van de rit.
Het is jammer, dat Harald zijn Triumph niet mee heeft gebracht, maar aan de andere kant, met dit weer is het helemaal niet zo leuk om met kap dicht te rijden.’
Sally vraagt aan Diana: ‘Is dat dan echt zoveel leuker?’
‘Ja, dat vind ik wel. Dan is de ervaring zoveel intenser. Het geluid, de wind. Zelfs bij dit weer!’
‘Jack heeft de kap nog dicht gelaten. Waarschijnlijk omdat het zo koud is, al valt dat nog best mee.’
‘Het is zeker je eerste keer in zo’n wagen, Sally?’
Sally knikt. ‘Ik wist echt niet wat ik kon verwachten. Maar dat het zo leuk zou zijn, dat had ik echt niet verwacht. Maar erg comfortabel is zo’n wagen nu ook weer niet!’
‘Dat klopt, maar dat went ook wel. En je moet ook geen uren rondrijden. Regelmatig een terrasje pakken en dan naar de reacties luisteren op de auto. Het is gewoon mooi om te zien, hoe mensen zo’n wagen bewonderen. Terwijl zo’n wagen echt niet heel erg hard gaat.’
‘Nou, de wagen van Jack kan toch behoorlijk snel zijn! Dat vond ik wel leuk en spannend!’
Ik lach. ‘Ik heb haar eens laten zien, wat zo’n wagen kan op zo’n bochtige weg, toen een Golfje aan het bumperkleven was. Die was al snel in geen velden of wegen meer te zien, en dat vond Sally wel weer leuk.’
Diana lacht. ‘Dat kan ik me wel voorstellen.’
Sally lacht ook. ‘Ja, dat was erg leuk! Ik had het echt niet verwacht. Ik wist wel, dat de wagen snel was, maar zo snel, dat had ik niet verwacht! En je merkt niet eens, dat de wagen geen radio heeft.’
Harald glimlacht. ‘Een autoradio is voor wagens zonder ziel. Met een wagen, zoals wij hebben, heb je toch helemaal geen muziek nodig? Zou ook helemaal onzin zijn, je hoort die niet eens!’
Diana knikt. ‘Het enige, wat niet zo leuk is, dat is als de wagen eens pech krijgt. Dat hebben we gelukkig nog niet zo veel meegemaakt, maar het gebeurt wel eens.’
Ik knik. ‘Maar dat ligt meestal aan de ontsteking of de carburatie. En die is in mijn wagen nog wel in orde. De rest kun je voorkomen door goed onderhoud te plegen.’
En daar is Harald het helemaal mee eens. ‘Dat klopt. Maar het scheelt, dat ik de wagen nog een keer helemaal gerestaureerd heb, en vooral veel aandacht heb gegeven aan het elektrische gedeelte van de wagen. Dat scheelt echt enorm!’
Ik knik. ‘Dat heb ik ook gedaan, toen ik de wagen moest herstellen, nadat ik hem gekocht had. Alles moest toen toch uit elkaar, en dan doe je het liever meteen goed! En mijn broer is automonteur, die heeft ervoor gezorgd, dat alles weer goed is gemonteerd. En vooral de elektronische ontsteking heeft veel gedaan voor de betrouwbaarheid.’
Diana lacht. ‘Daar gaan ze weer! Laat ze maar lekker over hun wagens praten. Die zijn zo wel even zoet!’
Sally lacht. ‘Leuk toch? Het is nog allemaal nieuw voor me, maar ik vind het wel leuk, dat Jack zo kan praten over zijn hobby.’
‘Ja, het is echt speelgoed voor ze. En daar mogen wij dan van meegenieten. En als je je wat voor hem interesseert, dan doe je toch wel een beetje mee. Van de techniek weet ik dan weer niets, maar ik houd me dan weer bezig met de buitenkant. Ik zorg dat de bekleding goed soepel blijft, en dat de wagen er altijd zuiver uitziet. Harald zorgt dan voor het technische gedeelte. En ik plan dan de tochtjes, die we gaan doen. Zo maak je er een gezamenlijke hobby van.’
Sally knikt geïnteresseerd. ‘Zo had ik het nog niet bekeken. Nou ja, we zijn nog maar kort bij elkaar en ik zie wel hoe het verder loopt. Maar Jack heeft me wel al handschoenen gekocht en zo’n leren bril. Hebben jullie ook zoiets?’
‘Nee, maar dat is wel leuk om erbij te hebben. Een goede zonnebril is wel handig als je met zo’n open wagen rijdt. Maar zo’n leren bril is wel fijn als je over stoffige wegen rijdt. En die handschoenen zijn vooral fijn met wat kouder weer. Ik heb zelf ook een paar leren handschoenen. Bovendien draagt het bij aan het gevoel, dat het rijden met zo’n wagen oproept.’
We praten nog een tijdje verder met het stel, maar nemen dan toch afscheid. Sally loopt dan met me mee haar arm in de mijne gestoken.
‘Dat was erg leuk, Jack! Het begint me steeds meer te bevallen, je ontmoet veel interessante mensen.’
‘En wie weet, komen we Harald en Diana nog wel eens tegen. Zo kunnen er wel leuke vriendschappen ontstaan. Ik ken al wat meer mensen, en het is altijd weer leuk, als we elkaar tegen komen.
Maar het gebeurt niet vaak, dat we elkaar zo nog treffen. Wel af en toe, maar niet heel erg vaak. Wel houden we contact per mail of berichtjes op de telefoon.’
‘Ik kan me er wel wat bij voorstellen. Dat had ik me helemaal niet kunnen voorstellen, toen je me zei een tochtje met je wagen te maken. Het houdt zoveel meer in!’
‘Ik ben blij, dat je het allemaal leuk vindt, Sally. Dat had ook helemaal anders uit kunnen pakken!’
Sally glimlacht. ‘Het scheelt, dat ik wel eens met mijn vader in een van zijn wagens heb gereden. Maar dat voelde toch heel anders aan, en dan maakte hij ook nooit zo’n lange tocht met mij.’
‘Maar daardoor was je wel al een beetje meer voorbereid op wat ging komen.’
‘Ja, maar die wagen van mijn vader is niet zo stug, als die van jou!’
‘Dat weet ik. Het is nu eenmaal, hoe deze wagen gebouwd is. Maar dat hoort ook weer bij zijn charme.’
We duiken dan een restaurant in, waar we heerlijk samen eten. Het is een heerlijke avond, zo samen met Sally. We hebben samen twee flessen wijn op, en als we dan terug naar het hotel lopen, heeft dat wel zo zijn invloed op onze nuchterheid. Vooral Sally heeft er meer last van, en ze is dan nogal aanhankelijk en haar remmingen zijn duidelijk verdwenen.
‘Ik heb zo meteen zin om lekker met je te vrijen, Jack!’
Ik glimlach. ‘Je bent zo’n lekker ding, Sally! Daar kijk ik dus al naar uit!’
Ze grijnst, maar iets in me zegt, dat er van vrijen maar weinig terecht komt. En dat blijkt ook zo te zijn, want als we eenmaal op onze kamer zijn, ploft Sally op het bed neer, en valt pardoes in slaap, met haar kleren nog aan.
Ik glimlach en begin dan haar kleren uit te trekken. Dat heb ik zo nog nooit eerder gedaan. En ik ontdek dan meteen, hoe lastig het is om op die manier van iemand kleren uit te trekken. Sally slaapt als een os, en is echt niet wakker te krijgen. Maar het lukt me, en gek genoeg voelt het zowel opwindend als juist niet, nu ze zo vrijwel naakt voor me ligt. Ik heb gezien, dat ze een nachthemd heeft meegenomen, en met veel moeite lukt het me ook om die haar aan te trekken. Pas dan kleed ik mezelf uit en trek me een shirt aan, dat ik vaker gebruik als nachthemd. En dan kruip ik langs haar in bed.
En hoewel ik moe ben, lukt het me niet echt om in slaap te vallen. Ik draai me op mijn zij en kijk naar Sally. Het voelt me met ontzag, als ik naar haar kijk. Onvoorstelbaar, hoe snel je op iemand verliefd kan raken, en hoeveel je om iemand kan geven, in zo’n korte tijd!
Met een grote glimlach kijk ik naar Sally, terwijl ze in een diepe slaap is. Ik kijk minstens een uur naar haar, zonder in slaap te vallen. Maar net als ik dan in slaap dreig te vallen, wordt Sally plotseling wakker. Ze moet dringend plassen en glipt het bed uit. Daardoor word ik dan weer wakker, en kijk hoe ze weer terugkomt van de badkamer.
‘O, heb ik je wakker gemaakt, Jack?’
‘Nee, ik sliep nog niet vast. Ik kon nog niet slapen en heb nog een hele tijd naar jou liggen te kijken, terwijl je sliep.’
Sally glimlacht. ‘Vind je me dan zo leuk?’
‘Leuk? Er zijn nog geen woorden voor gevonden, hoe leuk ik je vind, Sally. Je bent echt ongelofelijk! Zo mooi, zo leuk, het is gewoon het hele plaatje!’
Sally geeft me een zoen. Dan zegt ze: ‘Maar ik kan me niet herinneren, dat ik een nachthemd heb aangetrokken, Jack.’
‘Dat heb ik je aangetrokken. Toen je hier binnenkwam, plofte je op bed neer, en was meteen vertrokken in dromenland!’
‘O, en ik had nog zo zin om met je te vrijen, Jack! Ik zal wel moe zijn geweest!’
‘Dat geeft niet. Ik vond het wel wat hebben om je zo eens uit te kleden. Opwindend, maar ook weer niet. Het gaf me gewoon een goed gevoel! Net als toen je zo ziek was.’
Sally kruipt tegen me aan. ‘Hoe kan zo'n mooie en leuke man ook nog eens zo lief zijn! Dank je, Jack!'
Ze geeft me een korte zoen, maar laat het daarbij. Ze komt dan tegen me aanliggen en we vallen dan allebei snel in een diepe slaap.