Mijn man Otto overleed aan kanker toen hij 34 jaar was. Binnen twee jaar nadat de ziekte bij hem werd vastgesteld, overleed hij.
Hij heeft niet geweten dat ik een geheim had.
Mijn geheim is... ik aarzel om het te vertellen…...
Voordat hij kanker kreeg, viel hij mij op. Ik ontmoette hem toen hij 30 jaar was. Hij zag er goed uit en had leuke ogen. Al gauw woonden wij samen.
We werkten bij hetzelfde bedrijf. Hij was een gewaardeerd medewerker. We moesten beide door de ziekte stoppen met werken en ik voelde mij eenzaam en teleurgesteld. Ik mis die tijd nog steeds.
Het gebeurde zes maanden geleden. Ik maakte een maaltijd voor mijn man die op bed lag.
“Heb je trek?” vraag ik hem. Hij antwoordt bevestigend. “Ik voel me beter dan gisteren” zegt hij.
Maar tijdens het eten begint hij te hoesten en krijgt het benauwd.
Ik ben aan het telefoneren hierover met de arts. Ik bel de gebruikelijke gegevens door en hoor dat pas over een week een nieuw onderzoek zal plaats vinden. Ik ben wat teleurgesteld, maar begrijp het.
De deurbel gaat. Het blijkt Gijs te zijn. Gijs is de voorganger van Otto in het bedrijf waar we werkten. Na verloop van tijd is hij vervangen door Otto omdat die daar beter functioneerde. Dit heeft bij hem een beetje kwaad bloed gezet.
“Gijs, wat brengt je hier?” vraag ik. “Ik kom Otto opzoeken” is zijn antwoord, “even kijken hoe het met hem gaat.” Ik aarzel. “Hij voelt zich niet zo goed” probeer ik hem tegen te houden, “ik zal even vragen of hij het goed vindt.” Maar Gijs zegt: “Ik heb maar een minuutje nodig” en duwt mij gewoon opzij en gaat naar binnen. “Waar ligt hij?” vraagt hij en begint te roepen. Hij loopt de trap op en stapt Otto's kamer binnen.
“Je ziet er beter uit dan ik dacht” begroet hij hem. “Wat wil je?” vraagt Otto.
“Je reageert hetzelfde als je vrouw” antwoordt hij, “wees niet zo argwanend, ik kom met goede bedoelingen.”
Hij begint over het werk te praten en Otto vraagt of Gijs nu weer op zijn oude plaats zit.
“Nee, niet helemaal, maar lees dit eerst maar eens” antwoordt hij en legt een grote enveloppe neer. Hierna staat hij op en vertrekt.
Ik kom binnen en zeg dat ik hem niet kon tegenhouden. “Geeft niks” hoor ik Otto zeggen. Hij leest en zegt: “Ze bedanken mij voor mijn werk, maar ze denken dat het project verder niet wordt voortgezet.”
Terwijl Otto verder leest, ga ik in gedachten terug in de tijd. Otto werd de baas, het was een stressvolle baan. Hij was 30 jaar, niet zo oud, maar hij werd de uitvoerder van dit langlopend project. Hij was er dag en nacht mee bezig. Het is jammer dat het niet meer doorgaat.
Een paar dagen later belt Gijs weer aan. Hij raakt in gesprek met Otto. “Dit project betekende je promotie.” “Ja, inderdaad” brengt Otto uit, “jammer dat het niet meer doorgaat, het is een goed project. Het was mijn droom die eindelijk uit zou komen.”
“Ik probeer het toch door te zetten” antwoordt Gijs, “en ik wil dat jij dan ook mee doet.”
“Hoe kan ik, in deze toestand?” is Otto's vraag. “Je kunt thuiswerken, vanuit je bed, videovergaderingen en zo. Maar ik moet nog wel de algemeen directeur zien te overtuigen.”
Otto vraagt: “waarom doe je dit, we konden niet zo goed met elkaar overweg.” “Ik heb mijn lesje op het werk wel geleerd” is zijn antwoord, waarna hij vertrekt.
We hebben hele gesprekken over het werk. Otto is enthousiast. Hij is altijd al een workaholic geweest en vanuit zijn bed kan hij best werk doen.
Maar de volgende dag komt Gijs met teleurstellend nieuws. De directie heeft het project toch stop gezet.
Als ik hem uit laat, vraagt hij of ik één minuutje voor hem heb. We lopen naar de keuken en hij gaat daar aan tafel zitten. Ik maak koffie en zeg ondertussen dat ik het erg jammer voor Otto vind dat het niet doorgaat.
Gijs kijkt mij aan en zegt dan: “Ik denk dat er nog wel een uitweg is om alles door te laten gaan.” “Oh ja?” zeg ik verbaasd.
“Ja, maar er is wel een voorwaarde aan verbonden die je moet accepteren.” “Vertel op” zeg ik nieuwsgierig.
Gijs aarzelt even en gaat dan verder. “Ik ben er zeker van dat ik de algemeen directeur kan overtuigen, maar mijn voorwaarde is dat ik dan jou wil hebben.” Ik schrik. “Hoe bedoel je” breng ik beduusd uit. Hij kijkt mij aan. “Zoals ik het zeg” is zijn antwoord, “ik wil dat je bij mij inhaalt wat je bij Otto tekort komt.” Verbijsterd kijk ik hem aan. “Hoe weet jij...” terwijl ik dit zeg, besef ik dat ik een fout heb gemaakt.
“Geen sprake van” stamel ik. “Jammer” zegt Gijs, “als je je bedenkt, bel je mij maar.” Hij staat op en vertrekt.
Ik breng eten naar Otto. Hij ligt droevig kijkend in zijn bed. “Ik vind het heel jammer dat het niet door kan gaan” zegt hij. “Ik heb hier altijd van gedroomd. Het zou mijn levenswerk geweest zijn.”
Ik zie de teleurstelling in zijn ogen. Moet ik hem de tijd die hem nog rest dit project nu ontzeggen?
Het heeft de hele dag door mijn hoofd gespookt, maar de volgende dag bel ik Gijs en zeg hem dat ik met de voorwaarde akkoord ga.
Hij is er blij mee en zegt dat Otto spoedig bericht krijgt.
Inderdaad, later op de dag roept Otto mij. Zijn bedrijf heeft gebeld dat het project alsnog doorgaat en ze vragen of hij wil meewerken. Hij fleurt er zichtbaar van op.
Natuurlijk ben ik blij voor hem, maar heb onaangename gevoelens hierbij.
Even later is hij al druk, vanuit zijn bed, met de laptop aan de gang en voert enkele telefoongesprekken.
Hij is bijna weer de oude workaholic.
Gijs komt de volgende dag langs. Na een gesprek met Otto vertrekt hij weer. In de gang pakt hij mij beet en zegt: “Wat spreken we af?”
“Laten we gelijk maar naar een hotel gaan” reageer ik, “dan ben ik er van af.” Maar hij pakt mij beet en wrijft over mijn borsten. “Niet doen” zeg ik, maar hij gaat door en drukt zijn mond op de mijne. Ik protesteer, maar kan niet teveel lawaai maken, bang dat Otto het hoort. Ik weet dat het onvermijdelijke komt en loop naar de slaapkamer, Gijs gaat achter mij aan.
“Wil je mij niet bedanken voor wat ik voor Otto heb gedaan?” vraagt hij. “Ja, bedankt” zeg ik.
“Kleed je maar uit” beveelt hij mij. Met tegenzin trek ik mijn truitje uit. Hij pakt mijn hemdje beet en trekt deze over mijn hoofd uit. Daarna volgt mijn rok. In mijn slipje en bh sta ik voor hem.
Gijs begint zich zelf uit te kleden en al gauw is hij helemaal naakt. Zijn lid staat al recht overeind.
Hij komt op mij toe en omarmt mij. Dan begint hij te zoenen. Ik kan het niet opbrengen hierop in te gaan.
Hij friemelt aan mijn bh-bandje en haakt deze los. Als het op de grond valt, begint hij mijn borsten te voelen en geeft er kusjes op. Mijn slipje wordt uitgetrokken en hij legt mij op bed neer en gaat naast mij liggen. Zijn hand gaat naar mijn kutje en gelijktijdig kust hij mijn tepeltjes.
Ik begin wat nat te worden en hij kruipt bovenop mij. “Pak een condoom” zeg ik nog, maar hij reageert daar niet op. Hij houdt zijn lid voor mijn spleetje en drukt hem naar binnen. Langzaam begint hij te neuken. Hij kust mij en even heb ik de neiging mijn mond te openen voor hem, maar bedenk mij. Gelukkig komt hij al gauw klaar.
Hij kleedt zich aan en ik lig bij te komen, denkend aan wat mij overkomt.
Als Gijs vertrokken is, ga ik onder de douche en spoel mij heel zorgvuldig af.
Otto heeft van dit alles niks gemerkt. Hij werkt de hele tijd door.
Als ik hem 's avonds het eten breng zegt hij: “Is het al zo laat?” Ik vraag hem of hij niet moe is na zo lang werken, maar hij ontkent dat. “Ik vind het heerlijk om aan het werk te kunnen” is zijn antwoord. Het geeft mij in ieder geval een iets tevredener gevoel dat ik dit voor hem heb gedaan.
Twee dagen later staat Gijs weer voor de deur. Hij heeft een gesprek met Otto en als hij doet alsof hij weer vertrekt, pakt hij mij in de gang beet. Hij begint weer mijn borsten te betasten. Ik weer het af, maar dan trekt hij mij de slaapkamer in.
Ik zal hem nu niet meer tegenhouden, het is de afspraak die ik zelf gemaakt heb. Hij voelt mijn borsten en trekt mijn truitje uit. De bh volgt hierna en ik ga zelf al op bed liggen.
Hij streelt mijn borsten en geeft er kusjes op. Het lijkt dat hij wat tederder is geworden. Zijn andere hand glijdt naar beneden en gaat mijn slipje in. Hij begint mijn kutje te bewerken. Terwijl hij met zijn tong rondom mijn tepeltjes gaat, word ik toch een beetje opgewonden.
Plotseling zie ik op het nachtkastje de foto van Otto en mij staan, ik pak het en leg het op z'n kop. Gijs richt zich een beetje op en pakt mijn slipje beet. Ik druk mijn heupen wat omhoog zodat hij het beter uit kan trekken.
Daarna gaat hij mij beffen. Als zijn tong binnen in mij beweegt gaat het heel snel. Ik kom klaar en wil het uitschreeuwen, maar ik moet mij inhouden: Otto zou het kunnen horen.
Gijs laat mij even bijkomen en dan steekt hij zijn lul in mij. Langzaam gaat hij mij neuken. Als hij mij kust, reageer ik daar op door mijn mond te openen. Even later zijn we heftig aan het tongzoenen. Hij versnelt het tempo en ik voel dat hij zijn zaad in mij spuit.
Hijgend liggen we naast elkaar bij te komen.
“Je bent fantastisch” hoor ik Gijs zeggen, “jij kwam toch ook lekker klaar?” Ik antwoord niet, ik ben er zelf ook een beetje beduusd van, dit had ik niet verwacht.
Even later frissen we ons wat op en Gijs vertrekt nadat we een afspraak hebben gemaakt voor overmorgen.
Als ik bij Otto kom, is hij in een druk gesprek verwikkeld met iemand van het werk. Hij heeft gelukkig niets gemerkt. Hij gaat de hele middag door, slechts onderbroken door een kop koffie of thee die ik hem breng.
Ik ben steeds maar aan het denken over mijn vrijpartij met Gijs. Ik realiseer mij, dat ik bij Otto nooit echt klaargekomen ben. Hij was altijd met zijn werk bezig en was dan vaak te moe om te vrijen. Als het al gebeurde, was het een verplicht nummertje. Desondanks hou ik van hem.
Valt de drukte om hem te verplegen mij te zwaar? De dagelijkse stress... ik weet het niet.
Hij heeft mij jaren niet aangeraakt. Ik ben voor Gijs gevallen, als dit bekend wordt zal iedereen mij veroordelen, maar ik heb geen keus.
Gijs en ik ontmoeten elkaar steeds vaker bij mij thuis. Als ik hem binnen laat, omhelzen we elkaar en beginnen met heftig tongzoenen. Hij brengt een half uurtje door bij Otto en komt dan bij mij.
In de slaapkamer vrijen we. Het gaat er heftig aan toe: achterlangs, cowgirl, ik zuig hem af, sperma over mijn borsten, in mijn kontje, dingen die ik nog nooit gedaan heb, komen nu voorbij.
Ik geniet met volle teugen.
Otto geniet ook, maar dan op een andere manier. Hij werkt of zijn leven er van af hangt. In wezen is dat ook wel een beetje zo. Hij gaat zienderogen achteruit maar kan nog net het project voltooien, voordat hij enkele weken in het ziekenhuis doorbrengt.
Een paar dagen later overlijdt hij.
De dag voor de crematie is het condoleren bij mij thuis. Otto's moeder staat naast mij.
Dan zie ik Gijs binnenkomen. Ik stel hem aan haar voor. Moeder bedankt hem voor het werk dat hij aan Otto gegeven heeft. “Morgen hebben we een maaltijd ter nagedachtenis aan Otto. Ik nodig je hierbij daar voor uit.”
Gijs bedankt haar en vertrekt.
De volgende dag hebben we een maaltijd met wat familie en vrienden. Ook Gijs is gekomen. De sfeer is gemoedelijk en niet zo somber meer. Na verloop van tijd stappen enkelen op en ik zie dat ook Gijs wil vertrekken.
Ik zeg tegen moeder dat ik even wil uitrusten. Ze knikt en ik ga vlug achter Gijs aan.
Bij de voordeur staan we tegenover elkaar. Gijs kijkt me aan en vraagt: “Waarom kon ik je twee weken niet zien? Wil je mij niet meer zien?” “Otto werd in het ziekenhuis verpleegd, ik ben steeds bij hem geweest” antwoord ik hem.
Onze gezichten komen langzaam bij elkaar. Als we beginnen te kussen, leidt hij mijn hand naar zijn lul. “Niet doen” fluister ik. “Wil je werkelijk dat ik stop?” is het antwoord. Ik zwijg.
Ik trek hem de slaapkamer in. Alsof we de tijd willen inhalen, zo gauw zijn we uitgekleed en liggen we op bed. Gijs kust mij overal en belandt met zijn mond op mijn kutje. Als hij met zijn tong naar binnen gaat, kom ik heel gauw tot een orgasme. Ik schreeuw het bijna uit en Gijs steekt nu zijn lul naar binnen. Hij heeft niet veel tijd nodig om zijn zaad in mij te spuiten.
Dan wordt er op de deur geklopt. “Anna, ben je daar?” Geschrokken houden we ons stil en ik roep: “Ja, ik lig even op bed.” “Hier is iemand die je iets wil geven.” “Ik kom er aan” roep ik. Snel kleden we ons aan en terwijl Gijs naar buiten verdwijnt, ga ik naar de woonkamer.
Moeder vraagt of ik iets uitgerust ben en ik beaam dat.
Een verpleger uit het ziekenhuis overhandigt mij een brief. “Deze is van Otto” zegt hij, “ik mocht het pas geven na zijn overlijden.”
Ik lees:
Voor Anna,
Het is voor jou een moeilijke tijd geweest. Als je deze brief leest, ben ik al overleden.
Ik was als persoon niet goed genoeg voor jou, het werk ging bij mij voor. Maar om je te ontmoeten was heel fijn. Onze tijd samen voelde heel speciaal. Dank je dat je bij me was.
Veel liefs Otto.
In gedachten staar ik wat voor mij heen. Alles van de afgelopen tijd flitst voorbij.
“Sorry Otto, ik ben niet de persoon die je dacht dat ik was. Waar jij in tekort schoot, heb ik elders gehaald. Ik had mijn geheim waar jij niets van wist. Maar ik hield wel van jou.”