December 1978, in de week voor Kerstmis. Ik loop doelloos door de drukke winkelstraten van Hasselt, rillend van de kou in mijn tot op de draad versleten overjas. Mijn blote handen probeer ik in mijn broekzakken te verwarmen, maar ook daar is het kil. Koppels lopen winkels in en uit, beladen met tassen vol cadeautjes, lachend en elkaar kussend wanneer ze onder een opgehangen maretak doorlopen.
Ik ben deze week precies vier jaar alleen. De vrouw van mijn leven, de lieve en veel te goede Lisanne, heeft me toen letterlijk op straat gegooid en wie kan haar ongelijk geven? Eens was ik een goedbetaalde laborant met vooruitzichten op promotie. We hadden alles wat ons hartje lustte: een mooi huis, een chique auto, twee keer per jaar een vakantie in Italië... tot ik, zelf weet ik nog altijd niet waarom, ben beginnen drinken en nog later zuipen. Tot overmaat van ramp raakte ik gokverslaafd. Op een avond in december moet ik dronken thuis gekomen zijn en zou Lisanne ontdekt hebben dat we buiten de auto en het huis niks meer hadden. Ik had onze bankrekeningen geplunderd in de hoop nog eens de lotto of een gokwedstrijd de winnen... Ik herinner me daar niks van, ook nu nog altijd niet, maar ik zou Lisanne door elkaar geschud hebben, haar tegen de muur gegooid en haar een een vuist in de buik hebben geploft. Ze is onmiddellijk naar onze huisarts gereden om de sporen van de vechtpartij te laten zien en toen zij met de dokter thuiskwam, lag ik op de vloer mijn roes uit te slapen, met mijn hoofd in de kots en mijn broek nat van de zeik.
Hoe kan ik haar ongelijk geven dat ze de scheiding heeft aangevraagd en dat ze het huis en alles wat er in zat plus de auto kreeg? Ik had letterlijk niets meer behalve de kleren aan mijn lijf en twee vuilniszakken met daarin mijn kleren en mijn ondergoed. Zo is mijn leven op straat en in daklozenhomes begonnen. Sinds twee jaar werk ik bij de stadsdiensten als arbeider bij de groendienst - ergens anders vond ik geen werk meer met mijn verleden. Van het karige loon kan ik net een rijhuisje met weinig comfort huren. Ik accepteer mijn lot: ik het dit allemaal zelf gezocht en zit mijn straf uit, maar niet zonder elke dag en elke nacht met veel spijt. Lisanne heb ik nooit meer gezien, dat mocht niet van de rechter. Ik mag me niet vertonen in de wijk waar we ooit samenwoonden.
Vier lange, ellendige jaren woon ik nu alleen. Ik weet niet meer hoe het voelt om met een vrouw hand in hand op straat te lopen, laat staan in het openbaar te zoenen zoals de tientallen koppels nu doen in de drukke winkelstraat. En over seks maak ik me helemaal geen illusies meer. Welke vrouw wil een man in mijn toestand in bed? Het mijne is meestal ijskoud en de sofa waarop ik eventueel zou kunnen vrijen, dicht bij de gaskachel, is derdehands en zakt helemaal door. En dan zwijg ik nog over hoe ik gekleed loop: een arme donder, vaak ongeschoren, dikwijls nog in mijn werkplunje om mijn enige goede broek, hemd en vest niet te verslijten... Van mijn loon moet ik nog een vierde deel afstaan om de schulden die ik gemaakt heb af te betalen. Nee, ik ben niks anders dan een sukkelaar, een luis.
Zie daar weer eens: in een portaal van een burgerhuis in een zijstraatje staan twee tieners elkaar af te likken. Het meisje staat op de tippen van haar tenen en ze slaat haar armen rond de schouders van een lange slungel die met zijn handen onder haar rokje glijdt en haar billen streelt. Haar enorm lange, slanke benen zitten in bijna doorschijnende blauwe panty's. Ik blijf er naar staren tot de jongen me in het oog krijgt en me met een dreigende blik aankijkt. Ik loop beschaamd verder, dat verdomde werkloze ding in mijn broek is stijf geworden en hindert me. Ik tel mijn laatste centen en zie dat ik nog ruim voldoende op zak heb om nu een warme chocolademelk te gaan drinken en straks in de buurtwinkel een kant-en-klare maaltijd te halen om op te warmen. Drank koop ik nooit meer: ik heb gezworen mijn leven te beteren, maar ondanks alles is mijn leven alleen maar verslechterd.
Het café zit stampvol en ik wurm me naar de toiletten. Eerst mijn blaas legen en dan mijn handen warmen aan die hete kop choco en ze langzaam, langzaam uitdrinken. Warm krijgen door een tafeltje te vinden dat dicht bij de verwarming staat. In de herentoiletten ben ik tot mijn verwondering helemaal alleen, terwijl het café toch bomvol mensen zit. Ik sta voor een urinoir en kijk in de spiegel naar mijn grijze, magere gezicht terwijl ik mijn gulp open rits. Mijn lul is nog niet helemaal slap, hij denkt nog altijd aan dat koppeltje in het portiek. Hij is wel slap genoeg om te kunnen plassen, maar hij voelt aangenaam zwaar op mijn hand en omdat ik toch alleen ben in de toiletruimte, begin ik, zonder erbij na te denken, mijn lul te strelen. Ik zie die jongen weer met zijn hand onder het rokje van zijn meisje glijden en in geen tijd heb ik een mooie stijve die niet anders wil dan onmiddellijk afgetrokken te worden, zijn zaad te lozen en dan tevreden terug in zijn donkere schuilplaats na te kwijlen. Wanneer ik op het punt sta te schieten - het is te laat om het nog tegen te houden - komt een man de toiletten in en kiest verdorie het urinoir naast het mijne, terwijl er nog zes of zeven andere zijn. Net op het ogenblik dat hij naast mij komt staan, los ik in drie hete stralen mijn zaad. Ik kijk recht voor me uit, doe alsof ik sta te urineren, maar de man heeft het natuurlijk wel gezien. Hij zegt onbeschaamd: 'Spijtig dat het eruit is, ik had u liever afgezogen. Maar als ge wilt, kan ik hem aflikken. Dan kunt ge hem proper in uw broek steken.' Ik kijk hem niet eens aan en probeer met alle macht mijn stijve fluit in mijn onderbroek te wurmen. Met mijn gulp nog open en zonder mijn handen te wassen, wat ik toch van plan was, spoed ik me de toiletruimte uit. In de donkere gang naar het café rits ik mijn gulp dicht. Mijn rechterhand hangt vol van mijn smurrie. Gelukkig is er ook een lavabootje op de gang, waar ik mijn handen was en aan een vochtige handdoek zo goed mogelijk droog. De andere man komt uit de toiletten en blijft achter mij staan. 'Als ge niet weet waarnaartoe met uw spul, ik zuig af en ge moogt me neuken als ge wilt. Ge komt maar aan mijn tafeltje zitten, ik ben toch alleen.' Wanneer ik niet reageer, loopt hij het café in.
Er is geen stoel meer vrij, behalve aan het kleine tafeltje waar de man zit en mij met een handgebaar wenkt. Ik ga er niet op in. Aan het uiteinde van de toog is nog een plaats vrij. Ik moet dan wel recht blijven staan, maar ik kan er mijn benen warmen aan de radiator. Het voorval met die man bederft het plezier van mijn hete choco. Ik heb wel seks nodig, heel hard zelfs, maar om het met een kerel te doen is het nog een brug te ver voor mij. Ik zou eindelijk nog eens seks willen met een vrouw: borsten voelen, tepels kussen, een kut zien, likken, vingeren, neuken... Maar welke vrouw wil dat met mij? En met welke vrouw wil ik het? Toch niet met een snol die zoveel gedronken heeft dat ze het met iedereen wil doen? Mijn slappe piemel plakt in mijn schaamhaar en in mijn onderbroek. Ik baal en haat mezelf, zoals ik dat al vier jaar lang iedere dag doe. Ik ben verdoemd en het is mijn eigen schuld...
Ik loop het café uit, op weg naar huis, voorbij de ringlaan in de verpauperde cité. Overal klinkt vrolijke kerstmuziek en alle huizen zijn verlicht met kleurige lampjes en slingers. Naast de open poort van een kerk hangt een reuzengrote groene affiche met in rode letters: 'Nodig een eenzame uit met Kerstmis'. Ik blijf staan en lees de boodschap wel tien keer na elkaar terwijl ik me ellendiger en ellendiger ga voelen. Ik wil zo snel mogelijk verder om iets te gaan kopen voor mijn avondeten, wanneer een vrouw op me afstapt. Ze ziet er ergens tussen vijftig en zestig uit, in ieder geval vijftien of twintig jaar ouder dan ik. Ze is goed gekleed en mooi gekapt, bijna even groot als ik en met een blozend gezicht, wellicht van de kou. Het is zes uur, de avond is gevallen en het wordt met de minuut kouder en kouder. Ik sta te rillen op mijn benen.
'Weet je waarnaartoe vanavond?' vraagt ze met een innemende, vaste stem.
'Ja, ik ga straks naar huis,' mompel ik terwijl ik klappertand, 'het is niet ver meer.'
'En dat moet ik geloven?' vraagt ze zonder een zweem van ironie in haar stem, 'misschien heb je wel geen huis. Weet je waar je kunt slapen vannacht?'
'Zeker, mevrouw,' hakkel ik verlegen, 'ik heb een huis, echt waar. Nog twintig minuten wandelen en ik ben er.'
'En is het er warm genoeg? Staat er eten op tafel? Is er iemand die op u wacht, waar ge samen kunt mee eten? Ge rilt van de kou, meneer, in die dunne jas en zonder handschoenen. Weet ge wat? Ik ben ook alleen en ik kom net uit de kerk. Niet dat ik gelovig ben of zo, maar voor die boodschap, begrijpt ge? Nodig een eenzame uit met Kerstmis. Ik heb een warm appartementje, alles ligt klaar om eten te maken en ik heb toch genoeg voor twee. Waarom zou ge niet meekomen? Pas op, ik dwing u niet hé, meneer, maar mijn ogen bedriegen me nooit. Wat gij nodig hebt is een warm bad, schone kleren, goed eten en lang slapen. Als ge dat wilt, komt ge maar mee. En anders, tja... het zou me spijten dat ik u niet zou kunnen helpen hebben.'
In een flits besluit ik met haar mee te lopen, al voel ik me beschaamder dan ooit. Ze loopt twee passen voor me uit, mooi rechtop en beslist, in haar dikke bruine winterjas en haar beige broek. Ze kijkt om te zien of ik haar volg. Ze lijkt tevreden en komt naast me lopen.
'Het is niet ver,' zegt ze, 'hier de hoek om en dan de eerste straat rechts. Nog iets van een driehonderd meter.'
Dat is in ieder geval korter dan de bijna drie kilometer die ik nog te gaan had naar mijn eigen krot.
Het is een oud appartementsgebouw waar ze naar binnen stapt. Er is geen lift en het spaarzame licht in de trappenhal laat een uitgesleten trap zien. Ik loop achter haar de trap op naar de derde verdieping en stel vast dat ik buiten adem ben wanneer we voor de deur van haar appartement aankomen.
'Ja, ik woon op de hoogste verdieping. Dat wilde ik zo. Dan blijf ik fit. Kom erin.'
Het is inderdaad een klein appartement: een kamer die doorloopt tot aan een keukentje met daarnaast een hok waarin de ijskast en een kleine diepvriezer staat met daarboven houten rekken vol keukengerief, wasmiddelen, wc-papier en wat er in huis allemaal nodig is. Ze gaat voor me staan en vraagt me hoe ik heet.
'Ferdi, mevrouw, mijn naam is Ferdi.'
'Goed zo, Ferdi, ik heet Angélique, dat betekent de engelachtige.' Ze lacht en haar ogen glanzen. Ik vraag me in godsnaam af wat haar bezielt om een vreemde, uitgemergelde, slecht geklede klojo mee naar haar warme stekje te nemen.
'Doe die jas uit,' gebiedt ze en ze gaat achter me staan en trekt hem zelf uit, 'en terwijl ik eten maak, ga jij in bad. Het lijkt me alsof je dat in jaren niet meer hebt gedaan.'
Ik wil protesteren, ik was me elke dag al is het aan een lavabo, maar ik ben echt wel proper op mezelf. Ze kan niet anders dan mijn sjofele trui, mijn afgesleten jeans en mijn afgelopen schoenen zien, maar doet alsof het allemaal normaal is. Ze opent een deur en leidt me een piepkleine badkamer in, net groot genoeg voor een ligbad, een lavabo en een wc-pot. Ze laat de deur open en snelt weg, komt een minuut later terug met in haar handen vers ondergoed, sokken, een hemd, een pull en een broek.
'Geneer u niet, Ferdi,' zegt ze ernstig, 'ik doe niet aan liefdadigheid. Het zijn spullen van mijn man zaliger. Ze zijn zo goed als nieuw, als hij ze al gedragen heeft... Hij is twee jaar geleden met nieuwjaar door een zatlap overreden, op slag dood. Hij zou niet liever gewild hebben dan dat ik zijn kleren aan u gaf. Leo was een goed mens, een beetje te braaf misschien, maar wel heel goed.'
Ze kijkt me in de ogen. Ik sla mijn hoofd neer. Ik weet gewoon niet wat te zeggen. 'En nu in bad, gij,' gaat ze verder, 'ik laat u. Ik wil niet zien hoe vuil ge zijt. Maar als het eten klaar is, wil ik een propere, goed geschoren en mooi geklede vent zien verschijnen.' Ze snuistert in een kastje en haalt er scheermesjes en scheerzeep uit te voorschijn.
'Ook nog van Leo, maar de mesjes zijn nieuw en de zeep zal nog wel in orde zijn, neem ik aan.'
Ondertussen had ze natuurlijk haar winterjas uitgetrokken en ze had de hele tijd voor mij gestaan in haar rode wollen trui en haar beige broek van ribfluweel. Ze had het figuur van een gezette dame, duidelijk grote borsten, een buikje en goed gevulde billen. Het was jaren geleden dat een vrouw nog zo lang zo dicht bij mij had gestaan. Ik rook haar zachte parfum, zag elk rimpeltje in haar gezicht en in haar hals, haar volle rood gestifte lippen, haar grijsblauwe ogen, haar rechte neus, haar oorlelletjes met een wit juweeltje erin. Ik had de indruk dat ze zich door mij liet bekijken. ten slotte liep ze de badkamer uit en sloot de deur.
Toen ik een half uur later gewassen en geschoren en in de kleren van haar overleden man in de eetkamer annex keukentje verscheen, klapte ze vol bewondering in haar handen: 'Dat ziet er duizend keer beter uit, Ferdi. Ik wist dat er onder die afgedragen kleren een mooie kerel zat! En ik heb gelijk ook. Laat mij geen mensen kennen! Zet u, het eten is juist klaar en ik heb nog een fles wijn die hier al twee jaar staat...'
'Sorry, mevrouw, maar ik drink geen alcohol,' wuif ik met mijn hand naar de fles die ze op tafel wil zetten, 'ik ben verslaafd geweest, zie je? Het heeft me genoeg ellende opgeleverd voor de rest van mijn leven.'
'Ik begrijp het,' zegt ze en ze bergt de fles weer op en ruilt die voor Spa Rood. 'Vind ge dit beter?'
Ik knik en zet me aan de gedekte tafel neer. Er is groentesoep en daarna komen er gebakken krielaardappeltjes met worst en jus en in de oven gebakken spruitjes op tafel: voedzame winterkost die ik al jaren zelfs niet meer gezien heb. Na het eten trekt Angélique haar rode wollen pull over het hoofd: 'Te warm,' excuseert ze zich en nu wordt de pracht van haar bovenlichaam zichtbaar onder haar witte blouse. Ze is niet minder dan volslank, maar perfect geproportioneerd. Haar boezem prangt in haar blouse en ik zie welke stevige armen ze heeft. Ik ben niet alleen onder de indruk door wat ik zie, maar ook door wat ik voel. Het is zo lang geleden dat ik een vrouw op zo'n korte afstand van mij had, maar vooral zo'n ongelooflijk mooie, vrouwelijke vrouw. Ik stel me Lisanne voor zoals ze nu zou kunnen zijn. Ook zij had aanleg om kilo's bij te komen, maar dan wel op de juiste plekken, net als mijn gastvrouw.
'Ik ga nooit naar de kerk,' zegt Angélique, 'maar vanavond, op weg naar huis, zag ik die affiche met 'Nodig een eenzame uit met Kerstmis.' Ik bedacht twee dingen bij mezelf: er zullen vannacht wel heel veel mensen eenzaam zijn, maar hoe kan ik ze vinden en hoe nodig ik ze dan uit? En daarna: ik ben zelf ook eenzaam. Na twee jaar zonder Leo is het alleen zijn eenzaamheid aan het worden en ik ben bang dat het met de tijd erger zal worden. Dat ik me voor niemand meer hoef op te maken, mooie kleren aan te trekken, lekker eten maak en wat al meer... Want ja, ik kan het niet ontkennen, ik ben een vrouw, nietwaar? Daar hoef ik geen tekening bij te maken, zeker niet voor jou. Of heb jij iemand?'
'Nee, nee,' haast ik me te zeggen, 'ik ben vier jaar geleden gescheiden - door de drank. Ik schaam me er nog altijd voor. En ik... ik heb het niet zo goed aan boord gelegd als jij, Angélique. Ik maak me al die jaren niet meer druk om hoe ik eruit zie, wat ik aantrek, wat ik eet... Ik bewonder jou dat je het zo goed doet, helemaal in je eentje. Je doet me weer een beetje hoop krijgen dat ik dat ook ng zal kunnen...'
'Zoals je daar zit, twijfel ik er niet aan, geen seconde,' repliceert ze beslist, 'ik zag door je kleren heen, weet je? Ik zag het aan je ogen. Ogen zijn de spiegels van ons innerlijk en jouw ogen zegden me dat je oké bent. Ik trek me niet veel van uiterlijk vertoon aan. Ik probeer de mens onder zijn kleren te zien. En aan de andere kant trek ik kleren aan die passen bij de mens die ik ben.'
'En dat doe je perfect, Angélique. Je hebt zoveel stijl in alle eenvoud.'
'Dat probeer ik, Ferdi, maar nog iets: door die affiche aan de kerk, besloot ik binnen een kijkje te nemen. Er was mooie verlichting, er klonk zachte kerstmuziek en in het stalletje stonden levensgrote figuren van Maria en Jozef rond het kribbeke met het kindje Jezus. Het is al veertig jaar geleden dat ik nog in een kerk geweest was, stel je voor. En ik kreeg de tranen in mijn ogen, want dat verhaal uit de bijbel is toch nog altijd het verhaal van vandaag, nietwaar? Mensen op de vlucht, mensen zonder dak boven hun hoofd, zelfs als ze moeten bevallen. Ik heb dat zelf nooit meegemaakt, bevallen, bedoel ik. Leo kon geen kinderen maken. Maar ik heb wel een moederhart, geloof ik. Tot aan de dood van Leo ben ik verpleegster geweest in Leuven, bij de prematuurtjes. Op die manier heb ik veel baby'tjes gehad. Na Leo's dood ben ik er direct mee opgehouden, ik kon het niet meer aan. Ik heb ons huis in Leuven verkocht en heb me in dit kleine hokje geïnstalleerd. Op die manier kan ik het financieel wel uitzingen tot ik honderd ben, denk ik. Maar nu: toen ik de kerk verliet, viel mijn oog op een spreuk bij de uitgang: 'Een mens leeft niet van brood alleen.' Dat is een waar woord, Ferdi. Ineens werd ik me bewust van wat ik de laatste maanden miste en wat me eenzaam en zelfs depressief aan het maken was. En alsof de engelen me in de rug duwden, liep ik op u toe. In uw ogen herkende ik mijn eigen eenzaamheid, begrijp je? Ik wist dat we lotgenoten waren, of toch zoveel als... En nu ik u hier zie zitten, proper gewassen, geschoren en gekleed, zie ik een heel andere man dat daar op dat kerkplein. Je bent een goed mens, Ferdi, en een mooie man. Het was echt mijn plan niet, ik ben allesbehalve geslepen, ik wilde je alleen een bad en eten geven, desnoods een nacht in een warm huis op de bank. Maar nu... als jij je eenzaam voelt en ik ook en we hebben verder kind noch kraai, wat belet ons dan om bij elkaar te liggen en de liefde te bedrijven, Ferdi?'
Ze zegde dit zonder zich een ogenblik te generen. Integendeel, ze sprak met vaste stem en keek me ondertussen voortdurend in de ogen.
'Mijn leven is al tien jaar lang een puinhoop, Angélique. Eerst zes jaar verslaafd aan drank en gokken, daarna vier jaar zonder vrouw en afkicken van die twee verslavingen. Daar ben ik voorgoed van af, maar ik heb niemand iets te bieden. Ik vrees dat je de verkeerde man hebt meegebracht. Ik schaam me voor mezelf.'
'Lieve Ferdi, doe dat alsjeblief niet,' suste ze moederlijk, 'je bent veel te goed om de moed op te geven. En echt: ik heb nooit meer naar mannen omgekeken sinds Leo gestorven is, en nu, toen ik u zag, was er iets dat me in u zo aantrok. Je hebt de uitstraling van een echte man, weet je dat? Zeg eens eerlijk: hoe lang is het geleden dat je nog seks gehad hebt?'
'Vier jaar,' mompelde ik binnensmonds en ik wendde mijn blik van haar af.
'Je moet het niet doen,' zei ze terwijl ze achter mij kwam staan en haar handen op mijn schouders legde, 'ook als je niet wilt of niet kunt vrijen met mij, mag je vannacht hier op de zetel slapen, alleen. Ik zal je gerust laten. Maar het mag. Je mag ook bij mij slapen als je wilt en als je het dan om een of andere reden niet kunt, oké, dan is het zo. Dan kunnen we elkaar nog altijd warmte geven in onze slaap, nietwaar?'
Ze masseerde zacht mijn schouders en ik voelde hoe ik ontspande. Haar verpleegstershanden die gewoon waren kindjes die te vroeg geboren werden op te pakken, te wassen, aan te kleden, te voeden... maakten we tegelijk week en hard. Ik voelde mijn mannelijkheid zwellen van goesting in deze volumineuze, warme vrouw en ik had zin in haar. Ik voelde haar borsten in mijn nek en de warmte die ze uitstraalden. Ik boog mijn hoofd naar achter en legde het tegen haar borst.
'Zo is het goed, Ferdi, laat me maar.'
Ze knoopte mijn hemd los en een hand gleed naar binnen en streelde mijn borst, haar vingers beroerden mijn tepels. 'Wat zijn ze groot en hard, voor een man,' gnuifde ze, naar adem happend, 'even hard als die van mij, Ferdi, maar natuurlijk niet zo groot.' Ze ging verder met mijn hemdsknopen los te maken en maakte ook de manchetknopen los. Ik liet haar het hemd uittrekken. Ze trok het onderhemdje over mijn hoofd en streelde weer met beide handen mijn borst, van mijn schouders tot aan mijn broeksriem. Het gezicht begroef ze in mijn haren.
'Kom,' fluisterde ze, 'je bent er klaar voor. En ik ook.' Ze stak haar handen onder mijn oksels en ik stond op. Ze nam me bij de hand en leidde me naar haar slaapkamer. Die was net groot genoeg voor een tweepersoonsbed en een kleerkast. Ze stak de lampjes op de nachttafeltjes aan zodat er net genoeg licht was om elkaar te kunnen zien en trok haar blouse uit en daarna haar broek en haar panty. Ik volgde haar voorbeeld en kleedde me uit tot op de slip die ze me gegeven had. Die was, net als alle andere kledingstukken die ze me gegeven had, nieuw of zo goed als nieuw.
Ze legt zich neer en dat doe ik ook. 'Kus me,' zegt ze met een stem die geen tegenstand duldt. Ik sla mijn armen om haar heen. De warmte van haar lijf gloeit door mijn hele lichaam. Mijn fluit staat onmiddellijk strak in de houding. Ze tast met haar hand naar mijn onderbuik, voelt wat daar gaande is en ze gromt van plezier.
'Laat er ons een mooie kerst van maken, Ferdi,' fluistert ze in mijn oor, 'neem me, helemaal, ik kan niet meer wachten. En jij ook niet. Kom in mij, toe.'
Ze gaat op haar knieën zitten, maakt haar beha los en bukt zich. Twee prachtige, peervormige loezen spatten uit de cups tevoorschijn en ik schuif met mijn hoofd onder haar om ze te likken. De twee vleesbergen worden bekroond met een groot, lichtbruin en gerimpeld tepelhof en daarop de dikke, vette tepels - haast duimdik en rozerood. Terwijl ik haar tepels lik en zuig, glijdt haar hand onder mijn onderbroek en omvat mijn gezwollen stengel. Ze kreunt van verlangen en van lust.
'Ik wil je in mij,' zucht ze voortdurend, 'kom in mij, Ferdi.'
Ik schuif me van onder haar borsten en kniel achter haar neer. Haar achterwerk is enorm, maar ook heel mooi zonder een spoor van ouderdom. Hou oud zou ze zijn? Ik weet het niet. Minstens vijftig, misschien meer. Maar hoe goed heeft deze vrouw zich verzorgd! Doordat de kamer alleen door de twee flauwe lampjes op de nachtkastjes verlicht wordt, kan ik haar kut niet zien, maar des te beter ruiken. Een onmiskenbare, maar zachte geur van een vrouw met lekkend geil. Ik neem mijn stijve pik in de hand en leid hem naar het plekje waar ik de ingang tot haar grot vermoed. Ze is inderdaad drijfnat. Zonder enig probleem glijdt mijn lul tot aan de basis in haar gloeiend hete, kletsnatte kut. Ik beweeg in haar en voel dat ik veel te vroeg zal klaarkomen. Ik zeg het haar: 'Sorry, Angélique, het is zo lang geleden dat ik...'
'Bij mij ook,' zegt ze, 'doe maar, spuit me maar vol. Mijn kut heeft zaad nodig, meer niet op dit moment.'
Ze werkt mee met haar achterlijf terwijl ik in haar beweeg. Mijn eikel voelt elke plooi tegen de wand van haar grot. Ik kom kreunend klaar en heb spijt dat ik mezelf in het urinoir van het café heb afgetrokken. En toch blijft mijn zaad ook nu maar komen... Ik zak uitgeput neer op haar rug. Ze gaat liggen en val mee met haar, ik ruik haar zweet en haar geil.
Wanneer we veel later naast elkaar liggen, mijn arm onder haar nek en haar handen stil op mijn onderbuik die nog plakt van haar geil en mijn sperma, zucht ze: 'Dit is wat ik nodig heb, Ferdi. Blijf je vannacht bij mij slapen? Moet je morgenvroeg ergens naartoe?'
Ik vertel haar dat ik bij de groendienst werk maar dat ik de dag voor Kerstmis niet hoef te werken.
'Laat ons dan het hele kerstweekend bij elkaar blijven, Ferdi,' vraagt ze, bijna smekend, 'ik wil nog meer met je vrijen. Ik wil je lijf zien. Ik wil je penis in mijn mond. Ik wil je aftrekken. Ik wil je heel lang in mij houden. En ik wil dat je mijn kut likt, me vingert, me neukt...' Er komen tranen haar ogen. Ze rollen langs haar wangen in haar hals. Ik lik ze op. Ze trekt me dicht tegen zich aan.
's Anderendaags, bij het ontbijt, vraagt ze me uit: waar ik woon, hoe ik woon... Ik kan er niet onderuit, ze wil absoluut mijn huis zien. Ik verwittig haar tien keer dat het een bende is, een krot bijna, maar het maakt allemaal geen indruk op haar. Dus nemen we 's middags de bus die langs de arbeiderswijk passeert.
'Hier kun je niet blijven wonen,' besluit ze ferm wanneer ze alles gezien heeft, 'ik weet dat het voor jou nu niet anders kan, dat je niet genoeg geld hebt om iets degelijks te huren. Maar echt, dit is bij de beesten af. En je huisbaas is een huisjesmelker. Voor zo'n tochtgat vijfhonderd euro per maand vragen, daar huur je in de stad een studio voor. Een stuk kleiner dan mijn appartement, maar je kunt bij mij komen eten en blijven slapen als je wilt. Ik zou dat willen, Ferdi. Ook al hebben we maar een keer zo kort gevrijd, het was al beter dan ooit met Leo, weet je dat? Ze kunnen wel zeggen dat een vrouw niet voelt hoe lang een lul is, maar die van jou heb ik gevoeld, dat is een feit. Leo was een brave mens en hij hield van mij, maar echt, van seks had hij geen verstand. En ik voel dat jij er veel van afweet, is het niet?'
'Lisanne en ik seksten geweldig, tot ik hem niet meer stijf kreeg omdat ik er te zat voor was,' geef ik toe.
'Zeg de huur hier op, Ferdi. Ik weet een studio in mijn straat te huur, aan de achterkant, waar je geen straatlawaai hebt. Een kamer met een hoog bed waar je een tafel of een kast kunt onder zetten. We gaan in de kringloopwinkel alles zoeken wat je nodig hebt.'
Ze belt een taxi en we rijden terug naar de stad. Ze belt het nummer van de verhuurder van de studio en dingt af op de prijs van 525 naar 475 euro per maand. Een uur later belt de eigenaar aan met een huurcontract en ik onderteken het. Vanaf 1 januari mag ik verhuizen. Angélique zegt dat ze de drie maanden opzeg van mijn oude huis wel zal betalen.
'Hoeft niet,' zeg ik, 'ik heb destijds drie maanden waarborg betaald.'
Ze belt mijn huisbaas en vijf minuten later is alles geregeld.
'Nu is het aan jou om je leven weer op de rails te zetten, Ferdi,' zegt ze, 'ik wil je helpen zoveel ik kan, maar jij moet nu beseffen dat het jouw leven is. Ik ben je moeder niet. Al wat ik voor jou wil zijn is een goede minnares.
Ze gaat voor me staan, trekt haar blouse uit, maakt haar beha los en nu zie ik haar prachtige volle tieten bij daglicht. Ze brengt een tepel naar mijn lippen en beveelt me haar af te zuigen. Daarna maakt ze de eettafel leeg, legt zich op haar rug en spreidt haar benen. Ik neem tussen haar benen plaats en ze slaat die over mijn schouders. Ik zie het glanzende, gezwollen vlees van haar geslacht onder de dunne grijze haartjes. Haar grote schaamlippen glanzen donkerrood tussen haar enorme gleuf. Mijn keiharde pik glijdt moeiteloos in haar en nu kan ik haar geven wat ze wil: een lange neukbeurt waarbij mijn eikel de achterste wand van haar grot uitrekt en na een tijdje haar tweede poortje vindt en daar tegenaan blijft beuken. Ondertussen vingert ze haar gezwollen klit en nog voor mij komt ze spuitend klaar op mijn onderbuik. Ik kan me niet langer beheersen.
Terwijl ik haar volspuit, horen we de klokken van de kerk. Het is Kerstmis. Er zijn twee eenzame mensen minder op de wereld.
MEER Verlangen SEXVERHALEN...